Lidstaten gaan plechtig trouw zweren aan Europese Unie
De Europese leiders willen binnen zes weken plechtig vastleggen dat ze door willen met de EU. Eind maart zal in Rome daartoe een speciale verklaring worden ondertekend. Dat moet gebeuren tijdens de viering van 60 jaar Verdrag van Rome, het verdrag waarmee in 1957 de Europese Economische Gemeenschap werd opgericht.
Dat hebben de regeringsleiders van de Europese Unie, uitgezonderd de Britse premier May, vanavond afgesproken bij hun topontmoeting op Malta.
De verklaring moet vooral worden gezien als een intentieverklaring, bijna een soort hernieuwing van de trouwbeloften, zo omschrijven diplomaten het proces. De verklaring doet nog het meest denken aan de Verklaring van Berlijn van tien jaar geleden. Ook toen zat de EU in een crisis, na het wegstemmen van de Europese grondwet door Nederland en Frankrijk.
Destijds in Berlijn spraken de regeringsleiders af dat de EU verder zou gaan. Bondskanselier Merkel wees er in haar toespraak bij de ondertekening op dat stilstand achteruitgang zou betekenen. Zo werd die gezamenlijke verklaring de start van een nieuwe periode, waaruit in 2009 het Verdrag van Lissabon voortkwam.
Soms denk ik dat ik net zo goed tegen de maan kan blaffen.
Het nieuwe Europa moet wel een realistisch Europa zijn, vindt premier Rutte. "Stop met dromen over een federaal Europa." Hij is er niet helemaal zeker van dat zijn oproep zin heeft. "Soms denk ik dat ik net zo goed tegen de maan kan blaffen." Er blijven, volgens de premier, altijd mensen die blijven geloven in een federaal Europa, waarin landen steeds verder naar elkaar toe groeien.
Op Malta, ver weg van het 'bureaucratische' Brussel, hebben de leiders de weg naar Rome verder uitgestippeld. De discussie ging vooral over de vraag hoe die route loopt. Wat Nederland betreft moeten vooral de gemaakte afspraken worden uitgevoerd. Of het nu gaat om begrotingsafspraken of afspraken om vluchtelingen op te nemen.
Nederland wil dat de EU niet verder uiteenvalt als de Britten eruit stappen. "Dat is niet in ons belang", vindt premier Rutte. "Ik wil ook zo min mogelijk kopgroepen, maar als het moet dan moet het."
Er bestaan nu al kopgroepen, bijvoorbeeld van de eurolanden en de Schengenlanden. Niet alle lidstaten doen daaraan mee. Omgekeerd wil Nederland ook het recht hebben om niet mee te doen als Den Haag er het nut niet van inziet.
Zo wil het kabinet niet deelnemen aan een Europees Openbaar Ministerie, iets waar een meerderheid in de EU wél voor is. "Wij moeten dan gewoon het recht hebben om te zeggen: leuk idee, maar niet voor ons", verduidelijkt een Nederlandse diplomaat.