'Kapotte stuw Grave zorgt alleen al in Mook voor tonnen schade'

De economische schade door de kapotte stuw bij Grave is niet alleen groot voor de binnenvaart. Ook op kleinere schaal is er schade. Bijvoorbeeld in de gemeente Mook. Alleen daar al loopt de schade al snel in de honderdduizenden euro's per dag, zegt burgemeester Willem Gradisen.

Mook is volgens de burgemeester voor 25 procent van de economie afhankelijk van de waterrecreatie, toerisme en horeca. En voor de komende weken ziet het er niet best uit.

Door de damwanden in de omgeving kunnen plezierboten de jachthaven niet meer bereiken. En dat kan een forse aderlating worden voor Mook. "Het betekent dat ook de restaurants leeg blijven", zegt Gradisen. Minder inkomsten voor de horeca dus.

Daarbij komen ook nog de kosten die misschien niet vergoed worden, zoals de schade aan de haven. "De steigers rusten op het water. Die zijn nu op het land terechtgekomen en geknakt. Er zitten ook nog twaalf boten vast aan de bodem. Dus de vervolgschade kun je pas echt bepalen als het water terugkomt."

Volgens Gradisen is het belangrijk dat het water geleidelijk terugkomt. "Als de boten loskomen, gaat het waarschijnlijk goed. Blijven ze vastzitten, dan heb je binnen ook schade. Die schade is voor de eigenaar van de boot zelf."

De burgemeester zegt ook dat er veel zorgen zijn bij de bewoners van de woonboten langs de Maas. "Ik ben in een boot geweest met veel schade. Alles was uit de kasten gevlogen. Die mensen hopen zo snel mogelijk weer terug te kunnen. En dat niet alleen, ze hopen snel zekerheid te hebben over wat de schade is en hoe dat wordt vergoed."

Even verderop langs de Maas kan Jan van Neijenhof ook niet veel meer doen dan wachten tot het water terug is. Hij heeft een oliebedrijf dat levert aan passerende binnenvaartschepen. Die komen voorlopig niet.

"Dit is het olieponton. Daar zit 400.000 liter gasolie in", zegt hij. "Dat is mijn voorraad. Met mijn oliebootje vaar ik over de Maas. Dan probeer ik mijn spullen te verkopen aan de schippers die hier langs varen."

Hij vertelt dat ook zijn buren, bedrijven in de grind- en zandhandel, geen werk meer hebben. "Normaal heb ik een hele goede boterham hier. Nu is het nul, helemaal niks. We weten niet hoe lang het gaat duren. Dat is het ergste. Je wordt in onzekerheid gelaten."