Steenbergen, Van Rouwendaal en De Waard spelen bijrol in finales

Marrit Steenbergen heeft bij de WK kortebaan in Windsor naast een medaille gegrepen op de 100 meter wisselslag. De nog altijd pas 16-jarige zwemster werd in een tijd van 58,81 vierde.

Heel dicht bij een medaille zat onze landgenote overigens niet. Het verschil met de nummer drie, de Jamaicaanse Alia Atkinson, bedroeg 0,77.

Het goud ging als vanzelfsprekend naar Katinka Hosszú. De 27-jarige Hongaarse haalde in Windsor al haar vijfde titel op, maar vooral op dit nummer is ze al jaren niet te kloppen. Met een tijd van 57,24 bleef ze ver verwijderd van haar eigen wereldrecord (56,67, vorig jaar in Netanya), maar het gat met de nummer twee was nog altijd 0,73.

Sharon van Rouwendaal kwam op de 400 meter vrije slag niet in de buurt van de medailles. De olympisch kampioene openwater eindigde in de finale met een tijd van 4.03,69 op de zevende plaats.

Van Rouwendaal pakte twee jaar geleden nog zilver op dit nummer. Dit keer zwom ze halverwege op de vijfde plaats, maar zat een medaille er nog altijd in. Op de laatste 100 meter zakte de Nederlandse echter flink weg.

De wereldtitel werd een prooi voor Leah Smith. De 21-jarige Amerikaanse, die naar het brons zwom in Rio, pakte na 50 meter de leiding en stond die niet meer af. Met 3.57,78 bleef ze de nummer twee, Veronika Popova, een seconde voor.

Maaike de Waard eindigde als achtste op de 50 meter vlinderslag. De wereldtitel ging naar Jeanette Ottesen in 24,92. De Waard had zich als vierde geplaatst voor de finale, maar daarin kwam ze er niet aan te pas. Met een tijd van 25,66 wist ze zich ten opzichte van de halve finales niet te verbeteren.

Voor Ottesen betekende de winst een primeur. De 28-jarige Deense heeft een rijkgevulde prijzenkast, maar een gouden plak op een individueel nummer bij de WK kortebaan hing er nog niet in. Twee jaar geleden haalde ze op dit onderdeel nog zilver, vier jaar geleden zwom ze naar het brons.

Samen met Kira Toussaint greep De Waard naast een finaleplaats op de 50 meter rugslag. Ze werden respectievelijk negende (26,52) en twaalfde (26,70). De beste acht gingen door.