Van der Horst is niet verrast, maar nog niet klaar bij Oranje
Hij speelde ruim tweehonderd interlands voor Oranje, had de aanvoerdersband om zijn arm en gold als een van de boegbeelden van het Nederlands hockey. Maar Robert van der Horst heeft, sowieso voorlopig, zijn laatste interland gespeeld. Bondscoach Max Caldas geeft, in aanloop naar de Spelen van Tokio, de voorkeur aan anderen en Van der Horst kan goed leven met dat besluit.
"Max en ik hebben sinds Rio drie gesprekken gevoerd. Het verhaal is dat Max gaat kiezen voor een jongere groep en dat daarin geen plek voor mij is. En dat was een heel duidelijk en helder verhaal", aldus de 32-jarige Van der Horst.
Luchtig
De verdediger vertelt het met een soort berusting, neemt zijn verlies, maar heeft de Spelen van 2020 in Tokio nog niet uit zijn hoofd gezet. "Er is voor nu geen plek voor mij, maar dat wil niet zeggen dat ik in mijn hoofd al klaar ben met Oranje", aldus de routinier.
In mijn hoofd en in mijn hart ben ik nog steeds een topspeler.
"Het is voor mij nu zaak dat ik bij mijn club laat zien dat ik het nog kan. Er zijn er meerderen die het (deelname aan de Spelen, red.) op hun 35ste hebben gehaald en zeker nog toegevoegde waarde hebben gehad. Daarom zei ik: 'Luister Max: ik ben er voor je en wil beschikbaar blijven voor Oranje'."
Topspeler
De Brabander, begin dit jaar nog uitgeroepen tot beste hockeyer ter wereld van 2015, hoopt de komende periode bij zijn club Oranje-Rood het tegendeel van Caldas te bewijzen. "In mijn hoofd en in mijn hart ben ik nog steeds een topspeler."
