Remco Campert en Rob Trip in gesprek
NOS NieuwsAangepast

Remco Campert gaat door: een leven zonder poëzie is kaal

87 jaar is hij, maar nog niet van plan om te stoppen met schrijven. "Ik heb een enorme fantasie, maar ik kan mij geen leven voorstellen zonder poëzie. Dat zou zo kaal zijn", zegt Remco Campert in een interview in Met het oog op morgen.

Zondag verschijnt de documentaire Verloop van jaren, dichter bij Remco Campert op het documentairefestival IDFA in Amsterdam. Rob Trip sprak met de schrijver, dichter en columnist naar aanleiding van de première.

Over de film...

"Ik herinner hem niet meer beeld voor beeld, maar ik was wel onder de indruk. Niet van mijzelf zo zeer, want het is wel gênant om naar jezelf te kijken de hele tijd. Dan denk je, goh ben ik dat nou. En soms staat mijn mond half open. Nou ja, het was een mooie film."

Over ouder worden...

"Je beweegt langzamer natuurlijk, maar in de geest niet geloof ik. Ja sommige dingen gaan meer tijd kosten. Maar ja wat is tijd. Dat weet ik niet. Ik rook veel, maar niettemin voel ik mij heel goed. Ik ben kerngezond."

"Als ik aan gisteren denk, weet ik nu niet meer precies wat er gebeurde. Maar als ik terugdenk aan de tijd dat ik een jongetje was of iets ouder. Dat staat mij vrij helder voor de geest. Voor zover je herinneringen kunt vertrouwen, want daar voeg je later altijd veel aan toe. Pure herinneringen krijg je nooit meer terug. Die heb je alleen op het moment zelf."

Luister hieronder het interview

Over vroeger...

De vader van Remco Campert, Jan Campert, was een verzetsstrijder en is omgebracht door de Duitsers in Neuengamme. "Dat houdt mij steeds meer bezig eigenlijk. Ik weet niet precies wat ik ermee moet doen, maar er komen wel eens gedichten uit bijvoorbeeld."

"Ik was 10 toen de oorlog begon en 15 toen het afgelopen was, dus ik heb er heel veel herinneringen aan. Vijf jaar is niet mis. Ik heb veel over de oorlog geschreven, maar ik wil het ook een beetje achter mij laten. Want er is ook nog een tijd van vrede."

Over zijn eigen vaderschap...

In de film zit een scene waarin een van de dochters van Campert een anekdote oplepelt. Ze vraagt aan haar vader: wie ben jij? Campert antwoordt: lees mijn gedichten maar.

"Ja in het begin van hun leven was ik niet zoveel aanwezig. Ik was gescheiden van hun moeder en ik woonde overal, in Antwerpen, in Parijs. Ik schaam mij er niet voor, maar ik heb wel spijt. Ik had veel dichter bij hun leven moeten zijn, maar dan komt je eigen leven ertussen. Dat zijn van die onbegrijpelijke fouten die je maakt."

Over het schrijven...

"Schrijven is altijd een klein wonder. Je moet een zekere poëtische gevoeligheid hebben voor dingen, dus alles bijna direct vertalen in poëzie. Iets in je doet dat bijna werktuigelijk."

"Zoals wij hier nu zitten, ik met u en u met ik, daar zou best een gedicht uit voort kunnen komen. Ik ben daarop gericht, op zulke dingen. Ik heb nu geen zin, maar die komt misschien als u weg bent."

"Toen ik een jaar of 18 was wist ik dat mijn leven voor een groot deel hieruit zou bestaan. Dat het mijn vak zou worden, mijn liefde zou zijn. Ik ontdekte dat ik dichter was. Alle woorden werden wakker in mij."

Over stoppen...

"Ik heb een enorme fantasie, maar ik kan mij geen leven voorstellen zonder poëzie. Dat zou zo kaal zijn. Mijn wereld zonder schrijven, vreselijk… Ik moet er niet aan denken en zolang ik niet geestelijk verzwakt ben, gaat het schrijven door. En ik denk wel dat het nog lang kan doorgaan."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl