Slim stoplicht in Rotterdam voelt hoeveel fietsers er staan te wachten

Ze mogen met recht stoplichten worden genoemd, de verkeerslichten voor fietsers op het Churchillplein in Rotterdam. Op de hoek van de Blaak en de Coolsingel wordt vaker gestopt dan doorgereden. Een warmtesensor moet dit probleem gaan oplossen.

De gemeente heeft boven op de verkeerslichten speciale bolletjes geplaatst, ze zijn zo groot als wasbolletjes. Die detectoren registreren aan de hand van lichaamswarmte hoeveel fietsers er voor het rode licht staan te wachten. Zijn dat er veel, dan gaat het verkeerslicht langer en vaker op groen.

"Hier in het centrum van Rotterdam zijn veel kantoren en scholen. We willen graag dat Rotterdammers voor de korte afstand de fiets pakken in plaats van de auto, dus proberen we het fietsen comfortabeler te maken", zegt wethouder Pex Langenberg.

Op de hoek van de Blaak en de Coolsingel in hartje Rotterdam is het druk, vooral in de spits. Er rijden trams, fietsers, automobilisten, vrachtverkeer, alles rijdt door elkaar. Iedereen heeft haast. Dat fietsers nu vaker mogen doorrijden betekent volgens Langenberg niet dat automobilisten veel langer moeten wachten.

"Misschien iets langer, maar het is niet zo dat je als automobilist minuten langer stilstaat. Op dit moment moeten fietsers maximaal twee minuten wachten, dat is best lang. Afhankelijk van de drukte zal de wachttijd voor fietsers zo'n dertig tot vijftig procent afnemen."

De stad experimenteert al langer met het verkorten van wachttijden voor fietsers. Op een ander punt in de stad werd eerder al een regensensor geplaatst waardoor fietsers in de regen vaker mogen doorrijden.

De warmtesensor is voorlopig nog de enige in Nederland. Slaagt de proef, dan kan het zijn dat er meer warmtesensoren in Rotterdam komen. Tot die tijd heeft Langenberg een boodschap voor fietsers op andere plekken: "Het stoplicht gaat altijd op groen, ook in Rotterdam."