Kopstukken verlaten partij Ben Ali

In Tunesië zijn interim-president Mebazza en interim-premier Ghannouchi uit hun partij gestapt. Dat is de RCD van de verdreven president Ben Ali. Mebazza en Ghannouchi blijven wel op hun post.

Ze proberen zo tegemoet te komen aan de grote bezwaren van de oppositie, die vindt dat de RCD nog een te dikke vinger in de pap heeft in de overgangsregering.

Uit protest tegen het aanblijven van enkele ministers uit het vorige bewind stapten vier ministers van de oppositie al na een dag op uit de net geïnstalleerde interimregering van nationale eenheid.

Verkiezingen

In de nieuwe regering zitten nu nog acht mensen uit het regime van Ben Ali. Volgens Ghannouchi is hun aanblijven onvermijdelijk, omdat ze nodig zijn voor het organiseren van de nieuwe verkiezingen. Die moeten binnen twee maanden worden gehouden. Het is niet de bedoeling dat het oude regime in een nieuw jasje terugkeert, zei hij.

Protesten

Dinsdag gingen opnieuw duizenden betogers in diverse steden de straat op. Aanhangers van de oppositie en vakbonden protesteerden zo eveneens tegen de aanwezigheid van ministers uit het Ben Ali-tijdperk. De politie gebruikte traangas om hen uiteen te drijven.

Zelfverbrandingen

De protesten in Tunesië lijken over te waaien naar andere landen. In de Egyptische hoofdstad Caïro heeft opnieuw een man zichzelf voor het parlement in brand gestoken. De 40-jarige advocaat schreeuwde leuzen tegen de hoge voedselprijzen. Gisteren deed een andere Egyptenaar (50) hetzelfde en ook in Algerije en Mauritanië waren de afgelopen dagen zelfverbrandingen.

De mannen volgen het voorbeeld van de jonge Tunesische groenteverkoper die zichzelf vorige maand in brand stak en een paar weken later aan zijn verwondingen bezweek. Dat was de aanleiding voor een golf van protesten in Tunesië, wat uiteindelijk leidde tot de val van president Ben Ali.

In verschillende Noord-Afrikaanse landen is de bevolking ontevreden over de regering, onder meer vanwege de stijgende voedselprijzen en hoge werkloosheid.