Van Rouwendaal na 400 meter vrij: schaam me dood

Zwemster Sharon van Rouwendaal moet zich op de Olympische Spelen in Rio de Janeiro richten op de strijd om de medailles in het open water. In het zwembad van Rio zit haar werk erop.

Van Rouwendaal bleef in de series van de 400 meter vrije slag ver van haar beste tijd verwijderd. Met 4.11,44 eindigde ze slechts als negentiende. Ver buiten de top-8 die vannacht de finale zwemt. "Ik schaam me dood voor mijn tijd. Een finaleplaats was niet mogelijk, maar ik had hier wel in de 4.07 of 4.08 willen zwemmen. Dit was niet best."

Zilver op WK in 2015

Van Rouwendaal veroverde vorig jaar bij de WK in Kazan zilver op de 400 meter vrij. Daar zwom ze een tijd van 4.03,02. Na de WK had ze veel fysieke tegenslag, maar vanaf het voorjaar ging het een stuk beter.

Hoge verwachtingen voor de 400 meter vrij had ze niet. Ze zwom naast de Amerikaanse Katie Ledecky, de wereldkampioene en wereldrecordhoudster."Ik heb dit jaar niet sneller dan 4.09 gezwommen. Een finaleplaats was echt niet mogelijk. Ik voelde me uitgerust, misschien moet ik juist wat meer blijven doen."

Van Rouwendaal maakt zich verder geen zorgen voor de titelstrijd in het open water. Ook in die discipline was ze vorig jaar ijzersterk op de WK. "Nee hoor", gaf de pupil van de Fransman Philippe Lucas aan.