Veel verbeterd bij strijd tegen huiselijk geweld
In de strijd tegen huiselijk geweld is in korte tijd veel verbeterd. Dat zegt oud-jeugdzorgbestuurder Jan Dirk Sprokkereef. Hij werd onlangs door gemeenten en het kabinet ingeschakeld om de problemen aan te pakken. Voor het eerst vertelt hij nu over zijn ervaringen en hij is overwegend positief: in korte tijd is er volgens hem achter de schermen veel verbeterd.
Sinds vorig jaar is het meldpunt voor huiselijk geweld in handen van het zogenoemde Veilig Thuis, onder verantwoordelijkheid van de gemeente. Per regio is er een Veilig Thuis, 26 locaties in totaal.
Wachtlijsten
De Veilig Thuis-organisaties ontstonden door een samenvoeging van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling en het Steunpunt Huiselijk Geweld. Eind vorig jaar bleek dat bij deze meldpunten lange wachtlijsten waren en dat er te weinig zicht was op het risico voor de mensen op die wachtlijst. Twee Veilig Thuis-organisaties werden zelfs onder verscherpt toezicht gesteld.
Sprokkereef kreeg vanuit Den Haag en van de gemeenten de opdracht om ervoor te zorgen dat het beter zou gaan. De afgelopen maanden bezocht hij daarom alle Veilig Thuis-organisaties.
Acute zorg krijgt voorrang
Hij zag veel goede wil, maar ook een gebrek aan van alles. "Alles was nieuw en we kregen tegelijkertijd te maken met een enorme toename van het aantal meldingen. Vaak was er te weinig geld, te weinig kennis over kindermishandeling en huiselijk geweld en ontbraken heldere werkafspraken. Gemeenten waren willing, but not yet able."
Bij Veilig Thuis komen meldingen binnen over huiselijk geweld, die indien nodig onderzocht worden. Slachtoffers melden zichzelf, maar ook bijvoorbeeld de politie trekt aan de bel. Vaak gaat het om ernstig geweld, waarbij snel reageren belangrijk is.
Sprokkereef zegt dat hij in de praktijk geen gezinnen heeft gezien die deze urgente hulp niet op tijd kregen doordat ze moesten wachten. Ook bij cliëntenbehartigers zijn hier geen signalen over binnengekomen. Volgens Sprokkereef komt dat doordat acute zorg altijd voorrang krijgt. "We moeten te allen tijde zicht op veiligheid blijven houden, dat is onze eerste taak."
Hij zag veel goede wil, maar ook een gebrek aan van alles. "Alles was nieuw en we kregen tegelijkertijd te maken met een enorme toename van het aantal meldingen. Vaak was er te weinig geld, te weinig kennis over kindermishandeling en huiselijk geweld en ontbraken heldere werkafspraken. Gemeenten waren willing, but not yet able."
Bij Veilig Thuis komen meldingen binnen over huiselijk geweld, die indien nodig onderzocht worden. Slachtoffers melden zichzelf, maar ook bijvoorbeeld de politie trekt aan de bel. Vaak gaat het om ernstig geweld, waarbij snel reageren belangrijk is.
Sprokkereef zegt dat hij in de praktijk geen gezinnen heeft gezien die deze urgente hulp niet op tijd kregen doordat ze moesten wachten. Ook bij cliëntenbehartigers zijn hier geen signalen over binnengekomen. Volgens Sprokkereef komt dat doordat acute zorg altijd voorrang krijgt. "We moeten te allen tijde zicht op veiligheid blijven houden, dat is onze eerste taak."
De oud-jeugdzorgbestuurder constateert vooral dat er in korte tijd veel is verbeterd. "Veel gemeenten hebben in eerste instantie onderschat wat goede zorg bij geweld thuis nodig heeft. Toen ze dat besef kregen, hebben de meesten meteen extra geld en deskundigheid vrijgemaakt. Zo investeerden ze in 2016 zeker 15 miljoen euro extra in Veilig Thuis, dat is zo'n 10 procent van het budget dat er al lag." Die verbeteringen zag de inspectie ook; drie Veilig Thuis-organisaties kregen recent na een nieuwe controle alsnog een voldoende.
Samen met andere organisaties heeft Sprokkereef een landelijk werkplan opgesteld, waarin duidelijke samenwerkingsafspraken staan. Die waren er niet. En dat is opmerkelijk, omdat in bijna alle inspectierapporten over jeugdzorgzaken waarin de hulpverlening faalde, het gebrek aan een goede samenwerking als een van de oorzaken wordt genoemd. "In het nieuwe plan hebben we dus wel helder gemaakt wie bijvoorbeeld eindverantwoordelijk is voor een melding en hoe we de 24-uurs bereikbaarheid regelen."
'Geen zooitje'
Sprokkereef bestrijdt het beeld dat de jeugdhulp een zooitje is: “De jeugdhulp niet reorganiseren was nog slechter geweest. We bouwen nu aan een systeem dat veel beter kan functioneren dan het ooit heeft gedaan. Ik heb er vertrouwen in dat het over het algemeen ook beter gaat, al zijn we er in een aantal gemeenten nog niet."