Paus verklaart verzetsheldin en Poolse priester heilig

Bij een mis op het Sint-Pietersplein in Vaticaanstad heeft paus Franciscus twee mensen heilig verklaard: een vrouw die in de Tweede Wereldoorlog Joodse onderduikers hielp en een Poolse priester die in de 17e eeuw zieken- en armenhuizen ondersteunde.

De eerste is de Zweedse Elizabeth Hesselblad. Zij werd gedoopt in de Lutherse Kerk, maar bekeerde zich tot het katholicisme. Hesselblad werkte in de Verenigde Staten als verpleegster en verhuisde op latere leeftijd naar Rome, waar zij non werd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog redde zij de levens van twaalf Joden door hen te verbergen in het klooster waar zij woonde. Hesselblad overleefde de oorlog en stierf in 1957.

De laatste keer dat er iemand van Zweedse afkomst heilig werd verklaard was in 1391. De heiligverklaring van Hesselblad valt enkele maanden voor een bezoek van de paus aan Zweden, in oktober.

Poolse priester

De kerkvorst verklaarde ook Stanislaus Papczynski heilig. Hij werd in de 17e eeuw geboren in een arme familie, bedelde op straat en werd op jonge leeftijd erg ziek. Ondanks deze tegenslagen wist Papczynski zich op te werken tot priester.

Hij richtte een rooms-katholieke orde op en bood verschillende zieken- en armenhuizen financiële steun. Papczynski overleed in 1701. Bij zijn heiligverklaring was de Poolse president Andrzej Duda aanwezig met zijn echtgenote Agata Kornhauser-Duda.