Jonge Britten vaak pro-EU, maar gaan ze ook stemmen?
In Groot-Brittannië gaan voor- en tegenstanders van het lidmaatschap van de EU nek aan nek. Op 23 juni stemmen de Britten of het land in de EU blijft of eruit stapt. In de peilingen gaan de tegenstanders van een brexit op kop, maar het verschil is zo klein dat elke stem telt.
De stemmen van de jonge kiezers geven mogelijk de doorslag. Driekwart van de jonge kiezers zegt volgens peilingen in de EU te willen blijven, maar lang niet iedereen lijkt geneigd om naar de stembus te gaan. Bovendien hebben veel jongeren zich nog niet als kiezer geregistreerd.
Op universiteiten wordt volop campagne gevoerd om studenten naar de stembus te krijgen. Ook op de Universiteit van Essex.
Nathan Tedder – 22 jaar
"Ik hoorde van vrienden dat ik me moet registreren om te mogen stemmen. Het is ergens in juni geloof ik. De 23ste toch? Ik weet er eigenlijk niet zoveel van, behalve dat politici het constant oneens zijn over de mogelijke gevolgen. Volgens mij heeft niemand een duidelijk beeld van wat er zal gebeuren als we eruit stappen.
Ik denk dat ik voor blijven kies, dat lijkt me de betere optie. Ik vind het idee van een verenigde groep landen wel goed. Beter dan geïsoleerd zijn van de rest van de wereld. Zo denkt mijn familie er helemaal niet over, die willen juist allemaal uit de EU. Maar dat verandert mijn keus niet, ik ben het namelijk meestal oneens met hen."
Ellen Holmes - 21 jaar
"Op dit moment is de Europese Unie nog niet zo belangrijk voor mij. Als ik straks een baan en een eigen huis heb waarschijnlijk wel. Ik ben daarom wel van plan om te stemmen, maar heb nog geen idee wat ik zal stemmen.
Ik moet nog wat meer onderzoek doen, want ik wil mijn eigen mening vormen en me niet laten leiden door politici. Die zijn nu vooral bezig met bangmakerij. Het is belangrijk dat studenten gaan stemmen, want de uitslag kan invloed hebben op de rest van je leven. Wie niet stemt, mag achteraf ook niet zeuren over de uitslag."
Rhiannon White, 20
"Mijn instinct zegt dat we in de Europese Unie moeten blijven. We zijn als eiland al behoorlijk afgezonderd, dus het kan geen kwaad om wat meer op te trekken met andere landen.
Ik ben heel trots dat ik deel uitmaak van zo’n diverse gemeenschap. Hier zijn studenten uit allerlei landen en we vormen samen een soort familie. Dat is iets moois.
Ik heb een aantal vrienden die van een politieke discussie houden en zeker gaan stemmen, anderen vinden het niet zo’n probleem als ze per ongeluk het referendum missen. Dat is jammer, want ik vind dat je je stemrecht moet gebruiken."
Hoogleraar Matthew Goodwin aan de universiteit van Kent ziet een generatiekloof in de opvattingen over het EU-lidmaatschap. "In de groep 18 tot 39-jarigen zijn veel meer voorstanders van blijven in de EU dan in de generaties daarboven. Ze weten simpelweg niet anders dan dat Groot-Brittannië in de EU zit. Het is lang geleden dat in 1975 de oudere generaties voor toetreding stemden. En voor een groot deel zijn de jonge kiezers opgegroeid na het Verdrag van Maastricht."
Ook het opleidingsniveau speelt volgens Goodwin een rol. "In vergelijking met ouderen zijn jongeren vaak hoger opgeleid. Universitaire opleidingen zijn nu veel normaler dan vroeger. We weten simpelweg dat een universitair diploma je veel meer geneigd maakt om in de EU te willen blijven."
Daar komt bij dat jongeren veel meer dan hun ouders in aanraking komen met andere mensen uit andere etnische en culturele groepen. "We weten dat die interactie heel belangrijk is voor het wegnemen van vooroordelen. Het maakt je sociaal vrijzinniger."