Openbaar Ministerie in de fout in Utrechtse zedenzaak

Het Openbaar Ministerie Midden-Nederland heeft een slachtoffer van verkrachting jarenlang niet verteld dat de vermoedelijke dader al sinds 2009 bekend is. Dat blijkt uit onderzoek van RTV Utrecht.

Het slachtoffer is een vrouw die begin maart 1998 langdurig seksueel werd misbruikt in een park bij de Utrechtse binnenstad. Ze deed hiervan aangifte. In 2009 werd opeens in een landelijke databank dna van de dader gevonden. Het bleek een man uit Maartensdijk te zijn, die bij een verhoor ontkende de vrouw te hebben verkracht.

Het slachtoffer had de officier van justitie verteld dat ze zich niet had verzet tijdens de verkrachting, omdat ze bang was vermoord te worden. De officier liet daarop de zaak rusten, omdat volgens de regels de vrouw dan niet verkracht is. Zij werd hier niet over geïnformeerd.

Schadeclaim

Pas toen de vrouw verschillende brieven naar de hoofdofficier van justitie had gestuurd en er een intern onderzoek volgde, werd de fout ontdekt. De vrouw werd uitgenodigd voor een gesprek en hoorde waarom haar zaak in 2009 niet is opgepakt.

Het Openbaar Ministerie betuigt spijt. "Dit had anders gemoeten en verdient niet de schoonheidsprijs", erkent een woordvoerder.

De advocaat van het slachtoffer overweegt een schadeclaim in te dienen bij justitie. "Het is ongehoord dat er zo met mijn cliënte is omgesprongen", aldus de raadsman. "We willen dat dit tot op de bodem wordt uitgezocht."

Andere vrouw

De verdachte is eind 2015 opnieuw verhoord. Hij heeft de verkrachting toen opnieuw ontkend, maar verklaarde wel in de tussenliggende jaren een andere vrouw te hebben verkracht. Waar en wanneer dat gebeurde zei hij niet.

Hij wordt nu vervolgd voor de verkrachting van de Utrechtse en die van de onbekende vrouw. Komende vrijdag is er een pro-formazitting in deze zaak voor de rechtbank in Utrecht.