Trentin profiteert van ploegenspel, Kruijswijk overtuigt

Steven Kruijswijk heeft de roze trui in de achttiende etappe van de Giro met gemak verdedigd. De concurrenten vielen hem niet aan in een rit van 244 kilometer van Muggiò naar Pinerolo met het venijn in de staart. De rit werd op magistrale wijze werd gewonnen door Matteo Trentin.

Trentin boekte na Marcel Kittel (2x) en Gianluca Brambilla al de vierde ritzege namens de Belgische formatie Etixx-QuickStep.

Monstervlucht

Al vroeg in de rit kozen 24 renners het hazenpad. Onder hen waren Albert Timmer (Giant-Alpecin) en Pim Ligthart (Lotto-Soudal). Lotto-Jumbo, dat trots het peloton aanvoerde, zagen met genoegen hoe de koplopers maximaal 14 minuten voorsprong bij elkaar reden.

De strijd om de ritzege leek op de Pramartino (4,6 km lang met gemiddeld 10,5% klimmen) op zo'n 20 kilometer van de streep te vallen. Ritwinnaar en voormalige rozetruidrager Gianluca Brambilla en Moreno Moser hadden de sterkste klimmersbenen en leken in de afdaling voorop te blijven.

Moser pokert en verliest

Een groepje van vier, waaronder Brambilla's ploeggenoot Trentin, achtervolgden maar kwamen niet veel dichter dan twintig seconden. Op de San Maurizio, een kort, maar verraderlijk steil klimmetje belegd met kasseien, legden de twee koplopers elkaar het vuur aan de schenen. Beiden weigerden te capituleren en dus werd het een sprintje in Pinerolo.

Daarin kon Brambilla zich op zijn gemak in het wiel van zijn landgenoot nestelen, want hij wist dat zijn ploegmaat Trentin in aantocht was. Moreno Moser pokerde en verloor. Een paar meter voor de finish stoof Trentin de koplopers voorbij en pakte zo de zege.

Kruijswijk toont spierballen

Ruim dertien minuten achter de ritwinnaar liet Kruijswijk in een uitgedund groepje met favorieten opnieuw zijn spierballen zien. Op de klimmetjes nam hij - met ploegmaat Enrico Battaglin - het voortouw en in de laatste meters legde hij zelfs Alejandro Valverde nog het vuur aan de schenen in een prestigesprintje.