'Harder optreden tegen misstanden in de kinderopvang'
BOinK, de belangenvereniging van ouders in de kinderopvang wil dat kinderopvangbestuurders strafrechtelijk vervolgd worden als zij zich bewust niet houden aan de veiligheidsnormen. Samen met een groep ouders doen zij deze week aangifte tegen de Amsterdamse crèche 24/7 Kids. Zo hopen ze een precedent te scheppen voor de kinderopvang.
De Amsterdamse crèche werd eerder al gesloten na een kritisch rapport van de inspectie. Volgens Gjalt Jellesma, voorzitter van BOinK, werden er vijftig kinderen opgevangen, terwijl er maar een vergunning was voor twaalf kinderen.
Jellesma spreekt in dit geval van kindermishandeling. "De kinderen werden de hele dag rondgesleept en kregen te weinig eten. Eén kind had zelfs drie keer per jaar een longontsteking. Wanneer de inspectie kwam voor controle, werd er snel een groep kinderen via een bolderkar uit de crèche geloodst naar een buurthuis of een winkelcentrum."
Van een kale kip valt niet te plukken.
Met de aangifte probeert BOinK niet alleen deze crèche aan te pakken. De belangenorganisatie wil hiermee dit onderwerp op de kaart te zetten zodat er in de toekomst strenger wordt opgetreden. Nu kan een bestuurder na de sluiting van een ondermaatse crèche gewoon een nieuwe beginnen. Ook worden de bestuurlijke boetes die worden uitgedeeld in de meeste gevallen niet geïnd. "Van een kale kip valt immers niet te plukken", aldus Jellesma.
De ouders worden bijgestaan door advocaat Richard Korver, die ruim vijf jaar geleden de slachtoffers van de Amsterdamse zedenzaak vertegenwoordigde. Ook in die zaak werd de houder van de bewuste kinderopvang niet vervolgd.
Volgens Korver is er nog nooit een houder van een kinderopvang strafrechtelijk vervolgd voor misstanden. Als er in de zaak van 24/7 Kids wordt besloten tot vervolging, hoopt Korver dat dit een precedent schept. Bestuurders kunnen dan in toekomstige gevallen verantwoordelijk worden gehouden als zij zich bewust niet aan de kwaliteitsnormen houden.
Wanneer de bestuurder van 24/7 Kids niet vervolgd wordt, gaat BOink met het ministerie in gesprek.
