Kinderbescherming wil snel duidelijkheid over baby vondelingenkamer
De Raad voor de Kinderbescherming wil zo snel mogelijk alle feiten boven tafel krijgen over de baby die vorige week door de moeder werd afgestaan aan vrijwilligers van de vondelingenkamer. Het was voor het eerst in Nederland dat vrijwilligers van de Stichting Beschermde Wieg een pasgeboren baby ophaalden bij de moeder.
"We zijn van deze zaak op de hoogte. Het kindje is inmiddels ondergebracht bij een pleeggezin", zegt een woordvoerder van de Raad voor de Kinderbescherming. "We willen nu achterhalen wat er precies is gebeurd en wat ieders rol daarin was."
Volgens de wet is het niet toegestaan om een kind te vondeling te leggen. De politie heeft contact gehad met de Stichting Beschermde Wieg en doet onderzoek naar de zaak. "De politie is actief op zoek naar de moeder", zegt de woordvoerder van de Raad. "Dat heeft niet alleen te maken met de veiligheid van de moeder zelf, maar we willen ook van haar horen of het afstaan van haar kind vrijwillig is gebeurd."
Volgens de Raad voor de Kinderbescherming is er in dit geval sprake van uitzonderlijke omstandigheden. "Wij vinden het gezien de situatie veel te vroeg om te spreken van een vondeling. Dat heeft te maken met het bijzondere van de bevalling." De Raad geeft verder geen uitleg.
Geen vervolging
De Stichting Beschermde Wieg werd in september 2014 opgericht en wil hulp bieden aan vrouwen die geen beroep kunnen of willen doen op de reguliere hulpverlening. Inmiddels zijn er vondelingenkamers in Groningen, Papendrecht, Middelburg en Oudenbosch. Ook in Zwolle opent binnenkort een vondelingenkamer.
Hoewel het dus verboden is om een kind achter te laten als vondeling, vindt de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming niet dat de moeder of de stichting strafrechtelijk vervolgd moet worden. "Die benadering biedt geen oplossing voor problemen van deze categorie zwangere vrouwen en hun kinderen", zegt een woordvoerder. "Daarnaast moet het nodeloos criminaliseren van het optreden van mensen met goede bedoelingen voorkomen worden."
In het buitenland zijn vondelingenkamers vaak een uiterste redmiddel.
De Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming is geen voorstander van vondelingenkamers, maar ziet ook niets in een verbod. "In het buitenland zijn vondelingenkamers een uiterst redmiddel voor vrouwen die geen andere oplossing zien. Daar zijn vondelingenkamers niet verboden en de Raad adviseert om ze ook in Nederland niet te verbieden."
Het komt volgens de Raad zelden voor dat een kind te vondeling wordt gelegd. "Jaarlijks laten slechts enkele vrouwen hun kind anoniem ergens achter."
Heft in eigen handen
Volgens hoogleraar familierecht Paul Vlaardingerbroek is niet precies te zeggen hoeveel kinderen er jaarlijks te vondeling worden gelegd. "Naast de een of twee geregistreerde vondelingen per jaar, zijn er ook heel veel vondelingen die nooit gevonden worden. Het is een dark number. Wanneer de mogelijkheid tot afstand doen van een kind makkelijker wordt gemaakt, vrees ik dat er uiteindelijk veel moeders met ontzettend veel spijt rondlopen."
Vlaardingerbroek is dan ook niet enthousiast over vondelingenkamers. "In Nederland hebben we het zo geregeld dat je ook anoniem kan bevallen via officiële instanties. Dan moet je het niet via zo'n achterweg proberen. Je moet niet willen dat mensen het heft in eigen handen gaan nemen. Die moeders kunnen nog vaak andere mogelijkheden hebben, zoals opvang door familie of partner."