Koningin hoeft niet te getuigen
Koningin Beatrix hoeft niet te getuigen in de zaak tegen de man die op Prinsjesdag een massieve waxinelichthouder naar de Gouden Koets gooide. De man wilde alle inzittenden van de koets laten horen (naast Beatrix ook prins Willem-Alexander en prinses Máxima), maar de rechtbank wees dat verzoek van de hand.
De advocaat van Erwin L. wilde in totaal 125 mensen laten getuigen. Naast leden van de koninklijke familie zaten daar ook agenten, parlementsleden en oud-bewindslieden tussen. De rechter gaf uiteindelijk slechts toestemming voor twee getuigen, een broer en een medewerkster van de Hoge Raad. Zij zouden door L. bedreigd zijn.
Dna-onderzoek
L. eiste ook een dna-onderzoek naar de afkomst van koningin Beatrix. Hij meent dat koning Willem III onvruchtbaar was en daarom geen wettige troonopvolgers heeft geproduceerd. L. wilde dat met een dna-test op de resten van Willem en zijn opvolgers Wilhelmina en Juliana bewijzen.
Omdat Beatrix in zijn ogen niet het wettige staatshoofd is, vindt L. dat hij ook niet voor belediging van de Koningin kan worden vervolgd. De rechter wees die redenering van de hand.
L. blijft in voorlopige hechtenis in Vucht, waar hij sinds Prinsjesdag vastzit. Het verzoek van de advocaat hem op vrije voeten te stellen wees de rechter af, omdat die de kans op herhaling groot acht.