Bouw herinneringscentrum Oranjehotel kan beginnen

De komst van een herinneringscentrum in de gevangenis van Scheveningen is zo goed als rond. De Dienst Justitiële Inrichtingen en het Rijksvastgoedbedrijf tekenen vandaag een samenwerkingsovereenkomst met de Stichting Oranjehotel.

Die wil dat het deel waar tijdens de Tweede Wereldoorlog verzetsmensen gevangen zaten bewaard blijft, zodat verhalen uit die periode en de lessen die daaruit te trekken zijn, worden doorgegeven.

In de overeenkomst staan afspraken over werkzaamheden die het Rijk doet om het terrein bouwrijp te maken en over een financiële bijdrage van het Rijk. Die bedraagt 4,25 miljoen euro. De stichting moet de resterende 3,3 miljoen euro bijeenbrengen. Dat is bijna gelukt. "We vertrouwen erop ook het resterende bedrag te verwerven, zodat we alle onderdelen volledig kunnen inrichten", zegt voorzitter Dineke Mulock Houwer. Het vertrouwen dat het goed komt, is zo groot dat nu al met de uitvoering van de plannen wordt begonnen.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog zaten in de gevangenis 25.000 verzetsmensen gevangen, onder wie 100 terdoodveroordeelden. Het complex kreeg toen de bijnaam Oranjehotel, een sarcastische verwijzing naar het echte Oranje Hotel dat verderop bij de kust stond.

Na de oorlog is de gevangenis ingrijpend verbouwd. In authentieke staat bleven Doodencel 601 en een poortje in de gevangenismuur waar de ter dood veroordeelden doorheen moesten voor ze op de Waalsdorpervlakte door de Duitsers werden doodgeschoten.

De cel en het poortje zullen in het centrum een centrale plaats innemen. Andere cellen worden zo goed mogelijk ingericht zoals ze dat in de Tweede Wereldoorlog waren. Ook komt er een informatiecentrum en een monument. Het herinneringscentrum moet in 2018 opengaan.