Hoe doe je dat eigenlijk, geld wegsluizen via Panama?
Wie doen het?
De namen van personen en bedrijven die in de Panama Papers worden genoemd zijn niet opvallend. Het zijn families met geld, een restauranteigenaar, een stukadoor, een plantenkweker, een rioolreiniger, een kantoormeubelmaker en nog een paar van die gewone ondernemers. Trouw en het FD hebben met enkele van hen gesproken. De vermogens lopen niet in de miljoenen. Vaak gaat het om een paar ton die aan het zicht van de fiscus worden onttrokken.
Hoe doen ze het?
Via vennootschapjes in Panama, op de Britse Maagdeneilanden, de Seychellen, Samoa of de Bahama's. Je moet er een reisje voor over hebben om je vermogen te laten verdwijnen; Cyprus, Hong Kong en de Antillen zijn overigens ver genoeg. Daar werken trustkantoren als tussenpersoon samen met het bedrijf Mossack Fonseca uit Panama. Het bedrijf waar het grote datalek vandaan komt. Maar er zijn tal van juridische dienstverleners zoals het Panamese bedrijf die vennootschappen helpen opzetten.
Het Offshore Kenniscentrum heeft het over 50.000 vennootschappen die jaarlijks worden opgericht op de Britse Maagdeneilanden. De vennootschappen betalen daar geen belasting, daardoor is er ook geen informatie beschikbaar en zijn er dus geen gegevens die gedeeld kunnen worden met bijvoorbeeld de Nederlandse Belastingdienst.
Verder is het handelsregister slecht bereikbaar en staat er weinig info in de uittreksels. Er worden geen namen van bestuurders en aandeelhouders vermeld.
Voor de prijs hoef je het ook niet te laten. De Belgische zakenkrant De Tijd beschrijft dat het oprichten van een vennootschap op de Britse Maagdeneilanden 735 dollar kost. Om alle administratie op orde te houden moet jaarlijks tussen de 300 en de 1250 dollar worden betaald. Panama is goedkoper trouwens, net als de Seychellen.
Hoe worden ze gepakt?
Vooropgesteld dat de meeste constructies legaal zijn: er is sprake van een groot grijs gebied. Het datalek dat nu tot zo veel publiciteit leidt is vervelend voor de eigenaren van vermogens in belastingparadijzen. Het roept namelijk vragen bij de fiscus op, die zullen worden voorgelegd aan de belastingplichtige.
In Nederland gebeurt dat door het team Constructiebestrijding van de Belastingdienst. Als een belastingplichtige niet meewerkt en er genoeg aanwijzingen zijn voor ontwijking wordt de Fiscale Inlichtingen en Opsporings- Dienst (FIOD) ingezet en volgt een strafrechtelijk onderzoek.
Alleen de FIOD kan informatie opvragen uit de belastingparadijzen. Sinds 2006 is met 28 belastingparadijzen een verdrag gesloten om informatie uit te wisselen. Uit onderzoek van Trouw en het FD blijkt dat er tot nu toe maar mondjesmaat informatie wordt opgevraagd door de FIOD. Met alle informatie uit de Panama Papers komt daar waarschijnlijk snel verandering in.