OM verwacht binnen enkele maanden bewijs rond te hebben over MH17
Het OM verwacht binnen enkele maanden het strafrechtelijk bewijs rond te hebben over het soort Buk-raket dat is gebruikt om de MH17 neer te halen. Ook verwacht het OM dan te kunnen bewijzen vanaf welke plek de raket precies is gelanceerd. Dat staat in een brief die is verstuurd aan de nabestaanden van de vliegramp.
In de brief staat dat het internationale justitieteam raketresten laat onderzoeken. Het onderzoek moet "voor de tweede helft van dit jaar" hard bewijs opleveren over het type raket en de locatie. De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) kwam in haar onderzoek alleen tot een groter gemarkeerd gebied, waarvandaan de Buk-raket moet zijn afgeschoten. Dat er raketresten waren gevonden, was al bekend.
Radardata
In de brief schrijft hoofdofficier Westerbeke verder dat er geen video- of filmbeelden zijn van de lancering van de raket en vanwege bewolking ook geen satellietbeelden. In de brief staat ook dat Oekraïne geen radardata meer heeft. Met Rusland is het OM nog in gesprek over het leveren van radardata, de Verenigde Staten hebben die al ter beschikking gesteld.
Anderhalve week geleden schreven de Russische luchtvaartautoriteiten overigens in een brief aan MH17-nabestaanden dat "alle bestaande gegevens van de primaire radar" zijn overgedragen aan de OVV.
Grote groep personen in beeld
Volgens het OM is het belang van de radardata betrekkelijk. Westerbeke wijst erop dat er ook afgeluisterde gesprekken zijn, beeldmateriaal, verklaringen van getuigen, en openbare informatie op websites. Het OM heeft "een grote groep personen in beeld" die mogelijk verantwoordelijk zijn.
In de brief schrijft Westerbeke verder dat vervolging van de daders lang kan duren. Hij noemt als voorbeeld de Lockerbie-aanslag. Jarenlang werden er in die zaak geen verdachten uitgeleverd.
Op 7 maart krijgen de nabestaanden tijdens een informatiebijeenkomst een toelichting op de brief.
De MH17 werd op 17 juli 2014 boven Oost-Oekraïne neergehaald. Alle 298 inzittenden kwamen om het leven. Onder hen waren 196 Nederlanders.
