Willems-Orde al uitgereikt aan elf andere eenheden

Het Korps Commandotroepen wordt een van de twaalf eenheden die de Militaire Willems-Orde aan hun vaandel mogen dragen. De onderscheiding wordt 15 maart uitgereikt door koning Willem-Alexander.

De uitreiking is een na-oorlogse primeur: sinds 1940 zijn alle uitgereikte onderscheidingen naar eenheden gegaan die beloond werden voor hun daden in de Tweede Wereldoorlog. Het Korps wordt onderscheiden voor de inzet in Afghanistan.

De orde werd deze eeuw pas een keer eerder uitgereikt aan een groep. De Poolse 1e onafhankelijke parachutistenbrigade kreeg hem in 2006 voor hun optreden tijdens operatie Market Garden in de Tweede Wereldoorlog. Dat gold toen als een erkenning voor de Poolse bijdrage aan de Slag om Arnhem, die vanwege de Koude Oorlog lang was miskend.

De Militaire Willems-Orde is de oudste en belangrijkste ridderorde van ons land. Slechts enkele weken nadat Willem I zich in 1815 had uitgeroepen tot koning van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden besloot hij al tot de oprichting ervan.

De orde was bedoeld om mensen te onderscheiden die moed hadden getoond in de strijd. Leden van de Willemsorde kennen een aantal privileges binnen het leger. Zo moet iedereen salueren voor een lid, ook iemand die hoger is in rang. Leden die met het kruis een kazerne binnenkomen, moeten bovendien door de schildwachten als officieren worden gegroet.

De eerste die Willem onderscheidde was zijn eigen zoon, de latere koning Willem II. Hij was gewond geraakt toen hij de Nederlandse troepen leidde in de Slag bij Waterloo. Willem gaf hem meteen de hoogste onderscheiding in de orde, het grootkruis.

In totaal werd de orde meer dan 6000 keer uitgereikt, bijvoorbeeld aan verzetsstrijder Erik Hazelhoff Roelfzema en de Ethiopische keizer Haile Selassie. Koningin Juliana benoemde bij haar aantreden haar moeder Wilhelmina in de orde.

In de tweede helft van de twintigste eeuw vergrijsde de ridderorde langzaam, omdat de onderscheiding voor het laatst werd uitgereikt in 1955. Er moest worden afgeweken van het gebruik dat er alleen ridders in het kapittel zaten (het bestuursorgaan van de orde), omdat alle leden te oud waren.

Afghanistan

Pas toen Marco Kroon in 2009 de Willems-Orde kreeg voor zijn werk in Afghanistan, kwam er voor het eerst in ruim vijftig jaar weer een lid bij. Gijs Tuinman kreeg de onderscheiding in 2014 voor zijn "onder alle omstandigheden heldhaftig, beleidvol en moedig optreden" tijdens een uitzending in Afghanistan.

Vanwege de zeldzaamheid waarmee de Willems-Orde wordt toegekend zijn er nog maar een paar dragers in leven. Behalve de recent benoemde Marco Kroon en Gijs Tuinman zijn dat de Engelsman Ken Mayhew (1917) en de Amerikaan Edward Fulmer (1919).