Bobsleeër De Bruin begint aan nieuwe olympische missie
Zijn missie de Olympische Spelen in Sotsji te halen, mislukte begin 2014. Ivo de Bruin weigert zich echter neer te leggen bij die teleurstelling. De 29-jarige bobsleeër heeft zich vastgebeten in een nieuw, ongewis avontuur.
Na een jaartje voor Canada te hebben gesleed op een lager niveau, maakt De Bruin vrijdag in Park City zijn rentree in het wereldbekercircuit. Met een Nederlands team, dat in twee jaar de aansluiting met de internationale top moet zien te vinden.
Als zij me niet hadden benaderd, had ik zelf contact met de bond opgenomen.
In 2018 staan de Olympische Spelen in Pyeongchang op het programma en De Bruin is er heilig van overtuigd dat hij de komende 24 maanden in staat is een team op te bouwen dat olympisch perspectief heeft.
Opbouwfase
"We zitten nu in een opbouwfase en tijdens de komende twee World Cups in Park City en Whistler hoeft niemand wonderen te verwachten. Het gaat ons er nu om als groep stappen te zetten, te groeien", zegt De Bruin.
"De resultaten zijn even van ondergeschikt belang, hoewel we in de wedstrijden om de North American Cup aardige resultaten hebben neergezet. Maar dat niveau is minder."
Na de Spelen in Sotsji klapte het Nederlaandse bobsleeën in elkaar. Sportkoepel NOC*NSF draaide de geldkraan dicht, de teams van Edwin van Calker en Esmé Kamphuis stopten, de teams van Jurriaan Wesselink en Marije van Huigenbosch hielden het na afgelopen seizoen voor gezien.
Amper geld
De Bruin deed in januari 2014 voor het laatst mee aan een World Cup. Hij trouwde met een Canadese en vestigde zich in Calgary. Bobsleebond BSBN benaderde de stuurman voor dit seizoen met de vraag of hij er iets voor voelde weer voor Nederland te gaan sleeën.
"Als zij me niet hadden benaderd, had ik zelf contact met de bond opgenomen", zegt De Bruin. In Canada vond hij in Ryan Taal, een Canadees met Nederlandse ouders, een remmer. Vanuit Nederland meldden zich Igor Brink, Rudy Mensink en Dennis Veenker half oktober in Calgary om te trainen. "Zij kwamen naar voren uit de bondstest."
De andere teams vliegen, wij maken een autorit van zo'n 23 uur.
Veel geld heeft het team niet. Vanuit de bond is er een klein bedrag beschikbaar gesteld en de teamleden moeten zelf ook geld meenemen om het seizoen te kunnen draaien.
"Financieel was het niet mogelijk het complete wereldbekerseizoen af te werken. Daarnaast moesten we als groep naar een hoger niveau zien te groeien. Daar hebben we afgelopen maanden in Calgary en Whistler hard aan gewerkt", zegt De Bruin over de late instap in de wereldbekercyclus.
Autoritje van 23 uur
Met de auto reed het team afgelopen week vanuit Calgary naar het Amerikaanse skigebied Park City, even buiten Salt Lake City. Een tocht van 19 uur. Van daaruit gaan ze zaterdagavond terug naar Whistler in Canada. "De andere teams vliegen, wij maken een autorit van zo'n 23 uur."
Na Whistler gaan de Nederlandse bobsleeërs terug naar Europa, waar de wereldbekerreeks in St. Moritz wordt voortgezet. Daarna staan in het Oostenrijkse Igls de wereldkampioenschappen op het programma.
"Volgend seizoen moeten we er staan. We hebben een goede tweemansbob. De viermansbob is al ruim tien jaar oud, die hebben we geleend van een Canadees. Er is dus nog veel werk te doen. Volgend jaar hebben we meer financiële armslag nodig en een betere viermansbob."
"Gelukkig is iedereen zeer gemotiveerd. Het is zoals het is, niemand maakt er problemen van dat we amper financiële armslag hebben. Daarom weet ik ook dat de Spelen van 2018 gaan lukken. Mentaal zit het in dit team meer dan goed."