Mensen komen moeilijker uit de armoede
Huishoudens die onder de armoedegrens leven, lijken daar steeds moeilijker weer uit te komen. Het aantal huishoudens dat langdurig in armoede leeft, steeg in 2014 met 24.000 tot 217.000. Niet-westerse huishoudens zijn oververtegenwoordigd in deze groep. Hun aandeel nam ook sterker toe dan dat van andere huishoudens.
Dat blijkt uit het rapport Armoede en sociale uitsluiting 2015 van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Van de ruim 7 miljoen huishoudens in Nederland moesten er vorig jaar 743.000 rondkomen van een laag inkomen. Dat zijn er 6000 meer dan in 2013. Volgens de definitie van het CBS is een laag inkomen in 2014 1020 euro per maand voor een alleenstaande.
Armoede
Vooral de stijging van huishoudens die al vier jaar of langer een laag inkomen hebben valt op. Die toename deed zich met name voor bij groepen die al een hoge kans op armoede hadden: eenoudergezinnen, niet-westerse huishoudens en huishoudens met een laagopgeleide kostwinner.
Het CBS zoekt de oorzaak deels bij de economische crisis. Veel mensen zijn de afgelopen jaren hun baan kwijtgeraakt en juist de kwetsbare groepen komen nu weer lastig aan nieuw werk.
Kinderen
Voor kinderen in deze gezinnen is dat een lastige start. Volgens het CBS belandt 20 procent van hen later ook in de armoede. De kans daarop is in ieder geval tweeënhalf keer zo groot als onder kinderen die in draagkrachtigere gezinnen opgroeiden.
Naar aanleiding van de cijfers gaat kinderombudsman Marc Dullaert onderzoek doen naar armoede onder Nederlandse kinderen uit niet-westerse gezinnen. Dat zei hij tegen EenVandaag. Een op de drie van deze kinderen blijkt op te groeien in armoede. Dullaert is geschrokken van deze cijfers.
De kinderombudsman wil onderzoeken of niet-westerse gezinnen wel op de hoogte zijn van alle regelingen die er voor hun kinderen zijn. Ook wil hij weten wat de gemeenten met deze cijfers gaan doen.
De inkomenspositie van mensen heeft ook invloed op hun wereldbeeld, levensstijl en gezondheid, stelt het CBS. Mensen met een lager inkomen hebben wat minder vertrouwen in de medemens en de autoriteiten dan mensen met hogere inkomens. Ook wordt er onder lagere inkomens meer gerookt en is er relatief vaker sprake van overgewicht.
Amsterdam
De meeste huishoudens die in armoede leven wonen in de Randstad en de grote steden daarbuiten. Daarbij valt op dat arm en rijk in Amsterdam meer door elkaar wonen dan in de andere grote steden. In Den Haag is de scheiding tussen de inkomens het sterkst. Vaals valt op als kleine gemeente met relatief veel mensen die het risico lopen in de armoede terecht te komen.
Klijnsma
Staatssecretaris Klijnsma zegt in een reactie dat elk kind dat in armoede opgroeit er een te veel is. Maar ze noemt het hoopvol dat de armoede dit jaar iets afvlakt en in de voorspellingen voor volgend jaar zelfs afneemt. "Er is licht aan het eind van de tunnel."
Ze wijst onder meer op de belastingkorting voor lage inkomens. "Verder blijf ik het kindpakket promoten, dat ervoor moeten zorgen dat ook kinderen in gezinnen met lage inkomens mee kunnen doen."