Mensenrechten voor veel Nederlanders vaag begrip
Mensenrechten zijn voor Nederlanders een belangrijk onderwerp, maar ruim 40 procent kan er niet zelf een noemen. Van de mensen die er wel een of meer kennen, zijn vrijheid van meningsuiting, vrijheid van levensovertuiging en het recht op onderwijs de meest genoemde.
Het College voor de Rechten van de Mens liet onderzoek doen naar de beleving van mensenrechten in Nederland ter gelegenheid van de Internationale Dag van de Rechten van de Mens. Hieraan deden 1066 volwassenen mee en 314 kinderen van tussen de 12 en 17 jaar. Zij denken bij mensenrechtenschendingen vooral aan discriminatie, racisme en vluchtelingen.
Vluchtelingen
De meeste ondervraagden vinden dat Nederland er alles aan moet doen om de mensenrechten van vluchtelingen te beschermen. Een op de tien stelt juist dat mensenrechten niet voor vluchtelingen moeten gelden.
"Het unieke aan mensenrechten is dat ze gelden voor iedereen in Nederland", zegt voorzitter Adriana van Dooijeweert van het College. "Deze uitkomst laat zien dat niet iedereen dit vanzelfsprekend vindt." Ze stelt dat er voor de overheid een belangrijke taak ligt om mensen hiervan bewust te maken, om te beginnen op school.
Kinderen
Onder kinderen is het recht op onderwijs verreweg het bekendste mensenrecht. Verder maken zij zich vooral zorgen over de rechten van gevluchte kinderen en over kinderen die thuis problemen hebben.
Op de Internationale Dag van de Rechten van de Mens wordt stilgestaan bij de dertig rechten die ieder mens heeft, zoals het recht op leven en op vrijheid. Die werden op 10 december 1948 vastgelegd in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties.