'Blikjesbom-verhaal IS klinkt geloofwaardig'
Een blikje, een draadje en een ontsteker. Meer hadden de terroristen niet nodig om de Russische Airbus die op 31 oktober boven Egypte vloog neer te halen. Althans, dat beweert IS. "Ik ben geneigd het verhaal te geloven", zegt Midden-Oostendeskundige Bertus Hendriks van Instituut Clingendael.
De bom doet hem denken aan de Lockerbie-aanslag op 21 december 1988. Toen stortte vlucht 103 van de Amerikaanse luchtvaartmaatschappij Pan Am neer. Uit het onderzoek bleek dat er een explosie was veroorzaakt in het vliegtuig met een bom die verstopt zat in een koffer in het bagageruim.
"Ook toen ontplofte de bom terwijl het vliegtuig op grote hoogte vloog", zegt Hendriks. "Die bom zat verstopt in een heel klein pakje met wat kleding. Dat bleek voldoende te zijn om dat gigantische vliegtuig uit de lucht te halen. Dat blikje waar IS over spreekt, is niet veel kleiner dan die bom."
Zo'n explosief is volgens Hendriks moeilijk te detecteren. "Als het eenmaal in het laadruim ligt, ben je te laat. Men had het moeten ontdekken bij de bagagecontrole. Maar als daarbij, zoals vermoed wordt, mensen een oogje hebben dichtgeknepen, kan dit zomaar gebeuren."
De angst in Europa is alom aanwezig. Dat krijg je met dit soort radicale en willekeurige aanvallen.
Dat IS het bericht naar buiten brengt is onderdeel van hun mediastrategie, zegt Hendriks. "Ik denk dat iedereen die zich met terreurgroepen bezighoudt, vindt dat IS de best ontwikkelde mediastrategie van allemaal heeft. Daarmee willen ze laten zien hoe fantastisch ze bezig zijn, maar ze willen ook angst inboezemen."
De aanslagen in Parijs van afgelopen vrijdag vindt hij daar een goed voorbeeld van. "De angst in Europa is alom aanwezig. Dat krijg je met dit soort radicale en willekeurige aanvallen op burgers. Om die angst aan te jagen zeggen ze: wij zijn het die dat gedaan hebben en we zijn tot nog veel meer in staat."
