OVV: luchtruim Oost-Oekraïne had gesloten moeten zijn
Het luchtruim boven Oost-Oekraïne had vorig jaar juli, toen vlucht MH17 neerstortte, gesloten moeten zijn. Dat heeft voorzitter Tjibbe Joustra van de Onderzoeksraad voor Veiligheid gezegd. Volgens hem was er voldoende aanleiding voor de autoriteiten in Oekraïne om het luchtruim boven Oost-Oekraïne te sluiten. In plaats daarvan werd volgens de OVV alleen vanuit militair oogpunt een beperking opgelegd voor het vliegen op lagere hoogtes.
Joustra liet zien dat het geen uitzondering was dat de Boeing 777 van Malaysia Airlines over het gebied vloog. Tussen 14 en 17 juli vlogen 61 verschillende maatschappijen over het conflictgebied. Geen van de betrokken partijen heeft de risico's daarvan onderkend. Op de rampdag 17 juli vlogen in totaal 160 passagiersvliegtuigen over Oost-Oekraïne.
Enkele luchtvaartmaatschappijen vlogen niet meer boven Oost-Oekraïne. De Onderzoeksraad wilde graag weten waarom bijvoorbeeld British Airways dat had besloten. Volgens de onderzoekers hadden de meeste maatschappijen dat besluit al genomen voor het conflict in Oost-Oekraïne begon.
Aanbevelingen
Volgens de OVV staat het vast dat het toestel is neergeschoten met een Buk-raket. Op het moment van de inslag vlogen nog twee passagiersvliegtuigen in de buurt van vlucht MH17.
Joustra deed als aanbeveling dat staten die verwikkeld zijn in gewapende conflicten meer moeten doen om de burgerluchtvaart te beschermen. Daarnaast moeten staten, luchtvaartautoriteiten en luchtvaartmaatschappijen meer informatie uitwisselen over conflictgebieden en mogelijke bedreigingen voor de burgerluchtvaart, vindt de OVV.
Restricties luchtruim
Sinds april vorig jaar zijn in het oosten van Oekraïne elf militaire vliegtuigen en acht helikopters uit de lucht geschoten. De Oekraïense autoriteiten hadden zelf vastgesteld dat daarbij in twee gevallen "wapens met een hoog bereik" werden ingezet. Volgens de OVV was dat onder meer een aanleiding om het luchtruim helemaal te sluiten.
In plaats daarvan werden op 1 juli restricties ingesteld voor passagiersvliegtuigen boven Oost-Oekraïne. Vliegtuigen moesten op minimaal 8000 meter hoogte vliegen.
Nadat op 14 juli een Oekraïens transportvliegtuig werd neergeschoten, mocht alleen nog boven de 9700 meter worden gevlogen. De MH17 werd drie dagen later door een Buk-raket getroffen. Het toestel vloog op dat moment op 10.000 meter hoogte.
'Hopen op duidelijkheid voor nabestaanden'
Malaysia Airlines bedankt het onderzoeksteam voor de uitgebreide rapporten. In de eerste reactie wordt nog geen reactie gegeven op de aanbevelingen van de OVV. "Wij hopen dat de publicatie van de rapporten duidelijkheid zal geven aan de nabestaanden van het tragische incident", schrijft de maatschappij in een persbericht.
KLM laat weten dat het de aanbevelingen van de Onderzoeksraad uiterst serieus neemt. Het is volgens de maatschappij goed dat het eindrapport nu is verschenen. KLM gaat het rapport en de aanbevelingen bestuderen.