Robben: hopen, bidden en een kaarsje aansteken

Ongewild was Arjen Robben de grote afwezige bij Oranje deze kwalificatiereeks. Door verschillende blessures speelde hij slechts vier van de negen wedstrijden. Vanuit huis kijkt hij met meer spanning dan normaal naar de wedstrijden van het Nederlands elftal, vertelde hij in De Nieuws BV op NPO Radio 1.

"Het geeft je een machteloos gevoel. We moeten hopen op het beste. Ik kan er geen invloed op uitoefenen. Normaal kan je er zelf wat aan doen. Dat ik zo weinig heb kunnen spelen is een grote teleurstelling, omdat ik het elftal niet kan helpen."

Robben heeft de afgelopen dagen wel contact gehad met de spelers van Oranje. "Ik voel me wel onderdeel van de groep als aanvoerder, maar ik kan van grote afstand geen invloed uitoefenen. Dat is een waardeloos gevoel."

Niks in eigen hand

Of Oranje nog naar het EK gaat, durft Robben niet te zeggen. "Je moet realistisch zijn. Ik had mijn hoop wel gevestigd op Tsjechië-Turkije van afgelopen zaterdag. Nu de Turken gewonnen hebben, ben ik bang dat ze het niet meer weg gaan geven. Dat we nu niks meer in eigen hand hebben, is het beroerdste wat kan gebeuren, maar dat hebben we zelf gedaan."

In theorieën dat Tsjechië en IJsland de Turken de overwinning cadeau zouden doen, gelooft Robben niet. "Dat is dikke onzin. Als je een wedstrijd speelt, speel je altijd om te winnen."

Hopen en bidden

De aanvoerder van Oranje blijft strijdbaar."We leven nog. Zo lang we nog leven moeten we er allemaal alles aan doen. We moeten onze wedstrijd winnen en dan maar hopen, bidden en een kaarsje aansteken."

Met de kritiek in de pers op het slechte presteren kan Robben niet veel. "Je moet er nuchter naar kijken, maar duidelijk is dat we teleurgesteld hebben. Daar mag je op afgerekend worden."

Robben (31) wil nog niet vooruitkijken naar zijn verdere interlandcarrière en de campagne voor het WK van 2018. "Zo ver is het nog niet. Laten we rustig afwachten, misschien zijn we woensdag weer heel optimistisch."