Ajax twee decennia na dato terug op historische grond

De herinneringen aan het puntertje van Patrick Kluivert zullen vanavond meermaals voorbijkomen. Ajax keert terug in het stadion waar het twintig jaar geleden een van de grootste successen uit de clubgeschiedenis vierde.

De wedstrijd tegen Rapid Wien in de derde voorronde van de Champions League wordt gespeeld in het Ernst Happel-stadion, waar Ajax in 1995 AC Milan met 1-0 versloeg in de finale van de Champions League. Rapid speelt tijdelijk in het grootste stadion van Oostenrijk, omdat het eigen stadion nog in aanbouw is.

Tunnelvisie bij Frank de Boer

Trainer Frank de Boer kan zich niet eens meer alles herinneren. En dat heeft een goede reden. "In de rit naar het stadion zat je in een soort tunnelvisie. Je zou eigenlijk willen dat je terug in de tijd kon gaan. Dat je dan even naast jezelf loopt en kunt kijken hoe je ermee om bent gegaan", zegt De Boer daags voor het duel met Rapid Wien.

"Je bent op dat moment zó geconcentreerd, er gaat veel aan je voorbij. Ik vind het mooi om terug te zijn, maar je hebt zo weinig aan het verleden. Ik heb gezegd: als we met 1-0 winnen ben ik tevreden. Laten we daar dan maar van uitgaan."

Natuurlijk wordt de vraag weer opgeworpen of het ooit nog mogelijk is voor Ajax. De cup met de grote oren omhoog houden. Broer Ronald de Boer, die in 1995 in de spits begon, denkt van niet. "Je hebt ook ervaring nodig om tot deze successen te komen. En je ziet nu al: de Afellays van deze wereld kiezen voor Stoke City en niet voor Champions League met PSV."

'Wereld is flink veranderd'

Ook Edwin van der Sar, toen de eerste doelman en nu commercieel directeur bij Ajax, acht de kans heel klein dat Nederland ooit nog zoiets gaat meemaken. "Ik was 24 toen ik de Champions League won en nu zijn er niet zo veel jongens ouder dan 24. De wereld is in twintig jaar tijd natuurlijk flink veranderd", begint Van der Sar zijn uitleg.

"Wij hadden toen drie buitenlanders: Jari Litmanen, Nwankwo Kanu en Finidi George. En dat was het, meer mocht je er niet opstellen. De sterkste spelers kon je in je eigen competitie houden. De landskampioenen waren de enige die meededen aan de Champions League en nu doen in sommige landen de eerste vier, of in Spanje dit jaar misschien zelfs de eerste vijf, al mee."

Twee twijfelgevallen

Toch wil trainer De Boer niet lang terugkijken op het verleden, hoe mooi die herinneringen ook zijn. "Dit is de belangrijkste wedstrijd van het seizoen", zegt hij zelfs. Achter twee spelers staat nog een vraagteken. Zowel Viktor Fischer als Jasper Cillessen is niet topfit.

De Boer: "We moeten het aanzien met Fischer. Lasse Schöne kan ook op zijn plek spelen. Voor Cillessen geldt hetzelfde, maar ik wil ook niet alle risico's nemen. Het zou zonde zijn als we nu al spelers kwijtraken met blessures."