3,7 procent van Nederlandse topsporters doet aan bloedmanipulatie

3,7 Procent van de Nederlandse topsporters maakt gebruik, of heeft in het verleden gebruik gemaakt van bloedmanipulaties. Die (voorzichtige ) conclusie kan getrokken worden op basis van het onderzoek dat de Dopingautoriteit heeft gedaan naar het gebruik van verboden middelen onder topsporters in Nederland.

De uitkomsten van het onderzoek zijn vandaag gepresenteerd tijdens een dopingcongres op het nationaal sportcentrum Papendal. Liefst 740 sporters kregen een uitnodiging mee te doen aan het onderzoek; 291 sporters werkten mee. Van de ondervraagden gaf 3,7 procent toe bloedmanipulaties te hebben ondergaan. In totaal blijkt 4,2 procent van de geënquêteerden bewust doping te gebruiken.

Volgens Olivier de Hon van de Dopingautoriteit is het onderzoek betrouwbaar met 291 deelnemers. "Alle sporten zijn meegenomen in het onderzoek." Hem verbaast het niet dat bloedmanipulaties 'populair' zijn. "Het is lastig te vinden bij controles."

Als je gebruikt, blijf je gebruiken

Voorts geven de meeste gebruikers aan dat ze meerdere combinaties van doping tot zich nemen en dat ook nog steeds doen. De conclusie van het onderzoek is dan ook: 96 procent gebruikt geen doping, maar als je gebruikt, dan blijf je gebruiken.

Andere opmerkelijk resultaten: 3 procent van de ondervraagden is voor vrijgave van doping, de helft moet whereabouts invullen, er zijn gemiddeld 2,5 dopingcontroles per sporter per jaar en 11 procent van de dopingcontroles betreft bloedcontroles.

Actieplan minister Schippers

De cijfers zijn bekendgemaakt op een dopingconferentie van minister Edith Schippers, de Dopingautoriteit en de wielerunie KNWU op Papendal. In vervolg op het onderzoek wil de minister een actieplan opstellen waarmee doping bestreden moet worden. Daar wordt 300.000 euro extra voor uitgetrokken.

Directeur Herman Ram van de Dopingautoriteit verwacht dat het gebruik van doping onder topsporters zonder status nog hoger is dan de 4,2 procent onder de topsporters met status.