De winstkansen stijgen op kamer 11

Joaquim Rodriguez won in 2013 de Waalse Pijl, het jaar daarop zegevierde Daniel Moreno op de Muur van Hoei. Beide fietsten - en doen dat nog - voor Katjoesja. Maar dat is niet de enige overeenkomst. Beide Spanjaarden sliepen in de aanloop naar de wielerklassieker in kamer 11 van Hotel Malpertuus in Riemst.

En dat was niet helemaal toevallig. Er gaat een zekere magie uit van de bewuste slaapkamer, vond het Belgische Sporza uit. Menig winnaar van een der Ardense koersen bracht de nacht door op kamer 11. En dat wisten ze bij Katjoesja ook. Vandaar dat de Russische ploeg al een paar jaar extra zijn best doet om op de eerste etage van Hotel Malpertuus terecht te komen.

Of de Italianen Moreno Argentin en Michele Bartoli ook zo bewust hun onderkomen voor de nacht uitzochten, is niet bekend. Zeker is wel dat ze allebei op kamer 11 sliepen in de jaren van hun successen in Wallonië. Argentin won vier keer Luik-Bastenaken-Luik en driemaal de Waalse Pijl, Bartoli zegevierde twee keer in Luik en was één keer de beste in de Waalse Pijl en de Amstel Gold Race.

Regenboogtrui

Johan Museeuw bewaart ook al goede herinneringen aan kamer 11. De Belg lag daar toen hij in 1994 naar de zege in de Amstel Gold Race sprintte.

Wijs geworden door de geschiedenis hoefde de Italiaan Mario Cipollini niet lang na te denken toen hem werd gevraagd waar hij wilde slapen tijdens het WK van 2002 in België. De keuze wierp zijn vruchten af: Mooie Mario veroverde prompt de regenboogtrui.

"Renners zijn bijgelovig. Er spelen veel dwaasheden in onze hoofden", erkent Rodriguez, die ook dit jaar weer de felbegeerde slaapplaats heeft bemachtigd. Maar aan de vooravond van de Waalse Pijl en La Doyenne weet hij de geluksfactor ook te relativeren. "Het is natuurlijk fijn om in een kamer te slapen die een grote rol speelt in de wielergeschiedenis. Maar zonder een goeie voorbereiding haal je hier geen voordeel uit."