'Als je maar betaalt, kun je in een bootje stappen'
Het leeuwendeel van de vluchtelingen die de oversteek naar Europa wagen, vertrekt vanuit Libië. Het is chaos in het Noord-Afrikaanse land en mensensmokkelaars plukken daar de vruchten van. Journalist Gerbert van der Aa is begin dit jaar nog in Libië geweest. "Het is een industrie", zegt hij.
De stad Zuwara in het noordwesten van Libië is de grootste 'vertrekhaven' voor vluchtelingen, zegt Van der Aa. "Zuwara staat bekend als smokkelhoofdstad. Van daaruit is het het kortst varen naar Lampedusa." Dat Italiaanse eiland ligt zo'n 280 kilometer noordelijker, in de Middellandse Zee.
Van der Aa zegt dat de mensensmokkel een zaak is van verschillende milities, die daarmee enorm veel geld verdienen. "Ze concurreren ook met elkaar", zegt hij. Het is voor Van der Aa moeilijk om van binnenuit informatie over hun werkwijze te krijgen. "Als ze te veel openheid geven, zijn ze bang dat de inkomsten worden ingepikt door een andere militie."
Libië-route
Vanuit heel Afrika komen mensen naar Libië om de oversteek te maken. "Iedereen in het westen en oosten van het continent kent de Libië-route en weet dat de kans groot is dat de vluchtpoging lukt. De afgelopen jaren zijn het veel mensen uit Eritrea. Daar heerst een gruwelijke dictatuur. Zij zijn echte vluchtelingen." Ook uit Syrië en Somalië trekken vluchtelingen naar Libië - en van daar mogelijk verder.
Maar Van der Aa ziet ook een andere groep vertrekken: Nigerianen en Ghanezen. "Zij worden avonturiers genoemd en gaan echt op zoek naar een beter leven. Daar investeren ze een paar duizend euro in. De smokkelaars maakt het niet uit wat je motief is. Als je maar betaalt, kun je in een bootje stappen."
Libiërs en zwarte Afrikanen: dat is haat en nijd.
"Veel Libiërs kijken neer op zwarte Afrikanen", vertelt Van der Aa verder. Andersom vinden de vluchtelingen Libiërs vreselijke mensen. "Op mijn laatste reis sprak ik een man uit Niger. 'Met hun hersens is iets mis. Het zijn gewoon dieren', zei hij."
De vluchtelingen voelen die afkeer en beseffen dat de smokkelaars tot alles in staat zijn. "Dat ze inderdaad met honderden tegelijk in een scheepsruim worden gestopt en dat op slot doen. Libiërs en zwarte Afrikanen: dat is haat en nijd."