Mensen verdwalen in nieuwe zorgregels
Bij wie moet ik nu zijn voor mijn zorg, en wat als de ene instantie naar de andere wijst? Steeds meer mensen verdwalen in het nieuwe zorgsysteem en worden van het kastje naar de muur gestuurd.
Zowel bij de NOS als bij de belangenorganisaties Patiëntenfederatie (NPCF), Ieder(in) en de Ouderen Ombudsman trekken mensen daarover in toenemende mate aan de bel. Ze klagen over slecht geïnformeerde medewerkers van helpdesks, onterechte doorverwijzingen, tijdrovende belrondes, onvindbare zorgdossiers en toegenomen formulierenstromen. "De juiste zorg vinden is ongelooflijk ingewikkeld geworden", zegt Illya Soffer van Ieder(in).
Hulp gevraagd
Zorgverzekeraars, gemeenten en het Rijk zijn sinds 1 januari allemaal verantwoordelijk voor een deel van de zorg. Daardoor hebben mensen ofwel te maken met een zorgkantoor namens de verzekeraars, het CIZ namens het Rijk of het Wmo-loket van de gemeente. Voor zorg via de gemeente moeten mensen de ene keer naar het wijkteam, de andere keer direct naar de gemeente.
Mensen die zelf niet precies weten onder welke wet ze vallen, worden ten onrechte vaak van het ene naar het andere loket gestuurd. Ook het zorgaanbod en de regels zijn zo veranderd dat dit voor verwarring zorgt.
Ieder(in) en de NPCF benadrukken dat de beloofde hulp voor het ondersteunen van cliënten in de zorgbureaucratie in de meeste gemeenten niet goed van de grond komt. Een beeld dat MEE Nederland, die deze ondersteuning in de meeste gemeenten levert, ondersteunt. Zij concluderen in hun eerste inventarisatie dat gemeenten de cliëntondersteuning beter, herkenbaar en onafhankelijk moeten regelen.
Cirkels
De meldingen over mensen die op zoek zijn naar de juiste zorg blijken de daarvoor ingerichte instanties nog niet te bereiken. Het meldpunt Het Juiste Loket wordt niet gevonden, omdat mensen niet van het bestaan ervan weten. Per Saldo en Ieder(in) willen dat meldpunt de komende tijd meer bekendheid geven. Ook Zorginstituut Nederland krijgt slechts tien officiële gevallen per maand van mensen die overal weer naar een ander worden gestuurd.
De NPCF vindt dat verschil tussen ervaringen van mensen en het aantal officiële meldingen logisch. “Op dit moment lopen veel mensen in cirkels te zoeken naar oplossingen. Die zijn nog niet bekend bij instanties." Daarnaast hebben veel mensen nu nog zorg op basis van de oude regels. Die groep krijgt pas met het nieuwe zorgsysteem te maken als die afspraken aflopen.
Ondersteuning
Jantine Kriens van Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) benadrukt dat het systeem juist bedoeld is om zich 'te vormen naar de burger': "Mensen moeten niet zelf gaan dwalen van het kastje naar de muur. Ze moeten geholpen worden door iemand die met hen meedenkt, en het probleem uitzoekt en oplost."
Kriens denkt dat de bureaucratie nu tijdelijk toeneemt, maar dat die op termijn weer moet afnemen. Ze benadrukt dat gemeenten en andere instanties hard werken om dat doel te bereiken.
Een woordvoerder van het ministerie van VWS laat weten dat veel verschillende organisaties de taak hebben om mensen te informeren. Er is een publiekscampagne, een informatiepunt met gratis telefoonnummer, een algemene informatiefolder bij huisartsen en apotheken en een mobiele vraagbaak. Ook zijn er twee websites en hebben cliëntenorganisaties via bijeenkomsten, websites en informatiebulletins hun cliënten kunnen informeren.
De woordvoerder wijst er ook op dat "het merendeel van de mensen via de huisarts met de zorg in aanraking komt".