De bobsleeteams van Marije van Huigenbosch en Jurriaan Wesselink
NOS Sport

Van Huigenbosch in leerjaar zestiende op WK bobslee

Marije van Huigenbosch heeft de WK bobslee in de tweemansbob afgesloten op de zestiende en voorlaatste plaats. Heel verrassend was de lage klassering niet. De 21-jarige Nederlandse pilote maakte haar debuut op het hoogste niveau en beschouwt dit seizoen met remster Melissa Boekelman als een leerjaar.

Balen deed Van Huigenbosch wel van het feit dat ze haar vijftiende plaats na drie runs niet wist te behouden. Maar al snel concludeerde de pilote: “We kunnen alleen maar stappen omhoog maken. En op dit moment staan we hier, daar moeten we tevreden mee zijn.”

Ook remster Boekelman, vorig jaar in Sotsji nog reserve bij de olympische bob van Esmé Kamphuis, hield zich vast aan positieve punten: “We zitten er met de starttijden goed bij.”

Financiële ondersteuning

Van Huigenbosch, olympisch jeugdkampioene van 2012, vulde het gat in dat viel na het sportieve pensioen van Kamphuis, de nummer vier van de Spelen. Maar dat blijkt in de praktijk niet gemakkelijk. In tegenstelling tot haar voorgangster kan de jeugdige pilote niet rekenen op de financiële ondersteuning van NOC*NSF. Bovendien ontbreekt het haar nog aan de broodnodige ervaring. “De concurrentie is op dit moment veel ouder en veel beter.”

Daarom was de voornaamste missie voor Marije van Huigenbosch dit seizoen: leren, veel leren. “Bijna alles wat ik heb gedaan, was voor de eerste keer. Mijn eerste World Cup, mijn eerste EK, en nu mijn eerste WK. Mijn eerste seizoen waarin ik er alleen voor stond als pilote en alles zelf moest regelen. Want ik ben de baas van het team. Ik ga over geld, sponsoren, materialen, over alles.”

Van Calker

Om haar en collega-piloot Jurriaan Wesselink wegwijs te maken in de wereld van het bobsleeën is de gestopte Edwin van Calker een aantal World Cups meegereisd om de ploeg te coachen. Ook bij de WK in Winterberg is hij van de partij, net als Kamphuis. Samen proberen ze hun wijze lessen over te brengen op de jonge garde. Kamphuis legt uit: “Het gaat heel praktisch over de lijnen in de baan. Maar ook: hoe moet je de sponsoring regelen, de structuur opbouwen.”

Van Calker wil nog niet teveel waarde hechten aan de prestaties van zijn pupillen. “Het zijn nog jonkies. De ene dag is beter dan de andere. Ze moeten zich blijven ontwikkelen.” Kamphuis: “Als ze door blijven bikkelen, komen de prestaties vanzelf. En daarmee ook de financiën. Het zal afhangen van hun doorzettingsvermogen.”

Wel hoopt Melissa Boekelman op meer mogelijkheden om ook op banen te kunnen trainen. “Die mogelijkheid hebben we dit seizoen niet gehad. En we hebben die afdalingen gewoon nodig. Ik denk dat wij nog niet eens aan de helft van de afdalingen zitten, die de rest heeft gedaan. Zo bezien is het best knap waar we nu staan.”

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl