De man die in zijn eentje de Syrische doden telt
In Syrië zijn tientallen christenen ontvoerd door strijders van Islamitische Staat. Bronnen van het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten hebben IS-strijders afgeluisterd die praten over de ontvoering van kruisvaarders.
De man achter deze organisatie is Rami Abdur-Rahman. Met hulp van een netwerk van Syriërs in conflictgebieden en medisch personeel registreert hij hoeveel Syrische doden er zijn gevallen. Zowel aan de zijde van de rebellen als aan de kant van het Assad-regime.
"We zijn in 2006 begonnen. En sinds de revolutie in Syrië is er een groot netwerk ontstaan dat bijhoudt wat er in Syrië gebeurt," vertelt Rahman in het NOS-radioprogramma Met het Oog op Morgen.
Netwerk
Het Observatorium heeft een netwerk van ongeveer 200 Syriërs om berichten over mogelijke doden te controleren. Rahman krijgt veel informatie uit dat netwerk. Als meerdere bronnen een bericht over een ontvoering of doden melden, dan brengt hij het naar buiten.
"Zo ontvingen we eerder het bericht dat in het noorden van Syrië 56 burgers zouden zijn ontvoerd. Vandaag melden mensen uit ons netwerk dat er meer dan 90 mensen in datzelfde gebied zijn ontvoerd. Twee bronnen melden het. Dat betekent dat we het naar buiten kunnen brengen", zegt Rahman. "Als er te weinig informatie is, wordt het niet gepubliceerd."
De organisatie doet meer dan het dagelijkse overzicht van de doden en ontvoeringen. Ook brengt het alle strijdbewegingen in Syrië in kaart. Ook hier tot in detail. Het netwerk geeft aan welke plaatsen op welk moment in handen van welke partij zijn gevallen.
Ik ben altijd bang. Maar dat maakt mij niet uit.
Rahman vluchtte 14 jaar geleden uit Syrië naar Groot-Brittannië waar hij in zijn eentje werkt. "Ik werk veel te hard. Vandaag alleen al had ik 200 telefoontjes. Ik was gisteren nog op bezoek bij het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag. Maar ik kan niet anders zolang mensen in Syrië worden beschoten en gemarteld."
Voor terreurorganisaties IS en al-Qaida is Rahman een geliefd doelwit. "Ik ben altijd bang voor een aanslag. Maar dat maakt me niet uit. Mijn leven is niet belangrijker dan de levens van de meer dan tweehonderdduizend Syriërs die vermoord zijn."