NOS Schaatsen

Dak op Thialf zorgde voor schaatsrevolutie

  • NOS
    Hans van Vliet (ABT Velp, van bouwbedrijf dak), Arie Krijgsman (constructeur dak), Sjoerd Ybema (architect Thialf) en Gerry Meagher (directeur architectenbureau Alynia)
  • NOS
    De dakconstructie van Thialf
  • NOS
    Een oude bouwtekening van Thialf

Met de WK afstanden voor de deur, is er ook bijna een einde gekomen aan 28 jaar schaatshistorie in Thialf. Als het toernooi is afgelopen, begint de verbouwing van de ijshal. Er moet een modern Thialf komen, omdat het huidige stadion flink is verouderd.

Het is bijna niet meer voor te stellen, maar begin jaren tachtig werd er in Heerenveen nog in de openlucht geschaatst. Rond 1984 is het idee ontstaan om overdekt te schaatsen, maar zo vanzelfsprekend was dat niet.

Achterstallig onderhoud

"We kwamen bijeen voor een vergadering. Er was achterstallig onderhoud en met het opknappen daarvan, moest de exploitatie worden verbeterd. Dat zou ongeveer drie tot vier miljoen euro moeten kosten", vertelt Sjoerd Ybema, een van de toenmalige architecten.

Al snel werd duidelijk dat die exploitatie daar niet beter van zou worden. Er kwam een rigoureus plan op tafel. Er moest naast een overdekte ijshal een skihelling, rodelbaan, zwembad en hotel komen. Ybema: "En er was haast bij. We kregen slechts negen maanden om het plan te realiseren."

Speciale constructie

Financiële problemen zorgden ervoor dat alleen het dak gerealiseerd kon worden. Het kostte uiteindelijk zo'n 22 miljoen gulden, iets meer dan het bedrag waarvoor Ruud Gullit destijds van PSV naar AC Milan verhuisde.

Arie Krijgsman, de constructeur van het dak en bedenker van de Erasmusbrug, Ahoy en de tribuneoverkapping bij De Kuip, bedacht een speciale constructie. Een dak zonder steunpilaren, dat als het ware zweefde boven de ijsbaan. En: nergens in de wereld bestond toen nog een overdekte ijshal. Het was voor iedereen nieuw, ook voor de bouwers.

In november 1986 werd het stadion officieel geopend. De dag daarvoor werden de eerste wedstrijden geschaatst in het overdekte Thialf. De records vlogen je om de oren. Iets later bij recordwedstrijden, waar 20.000 gulden te verdienen was als er een wereldrecord werd gereden, liep echter het een beetje uit de hand.

Wereldrecords

Yvonne van Gennip verdiende 40.000 gulden, maar op de tweede dag was zij vrijwel de enige die weer een wereldrecord schaatste. "Financieel stond Thialf er niet goed voor. Ik heb me laten vertellen dat na de eerste dag aan de ijsmeesters is gevraagd om iets met het ijs te doen."

Geert Smink, die dertig jaar ijsmeester was in Thialf, wil dat niet bevestigen. Maar hij zegt lachend: "De directeur kwam de eerste dag naar ons toe en vertelde ons dat het wel een dure aangeledenheid werd."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl