EU-geld voor bestrijding jeugdwerkloosheid niet gebruikt
De aanpak van jeugdwerkloosheid in de EU gaat veel te langzaam. En daarom trekt de Europese Commissie dit jaar 1 miljard euro extra uit om jongeren aan het werk te krijgen. Het geld is vooral bedoeld om ervoor te zorgen dat EU-landen vaart zetten achter de bestrijding van een ‘verloren generatie’.
Actieplannen
Sinds 2012 staat jeugdwerkloosheid hoog op de politieke agenda. Op extra ingelaste top-ontmoetingen tussen EU-regeringsleiders in verschillende Europese hoofdsteden, werden afgelopen jaren actieplannen aangekondigd en werd acht miljard euro vrijgemaakt.
Maar nu blijkt dat het grootste deel van dat geld niet is uitgegeven, omdat landen het financieel niet voor elkaar krijgen werkgelegenheidsprojecten van de grond te krijgen. Om die landen tegemoet te komen kondigde Eurocommissaris voor Werkgelegenheid Marianne Thyssen (België) vandaag een plan aan om het beschikbare geld sneller en beter in te zetten.
Training
Thyssen verwacht dat met het extra geld zo’n 650 duizend jongeren geholpen kunnen worden met een opleiding of training. Volgens schattingen zitten in de EU ruim vijf miljoen jongeren tot 25 jaar werkloos thuis.
De steun is vooral bedoeld voor regio’s met meer dan 25 procent jeugdwerkloosheid. Dat is vooral in landen als Griekenland, Spanje en Italie. Nederland komt niet in aanmerking voor EU-steun voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid. Samen met Duitsland en Oostenrijk kent Nederland de laagste werkloosheidscijfers onder jongeren (10%).
