Den Haag kende gevaren Oekraïens luchtruim
Oekraïne heeft Nederland wel degelijk geïnformeerd over de gevaarlijke situatie in het luchtruim van het land. De Nederlandse overheid heeft die informatie niet doorgespeeld naar luchtvaartmaatschappijen. Dat schrijft het kabinet in antwoord op Kamervragen over de ramp met vlucht MH17.
Kamerleden hadden om opheldering gevraagd.
Drie dagen voor de ramp was er een Oekraïens vrachtvliegtuig uit de lucht geschoten boven Oost-Oekraïne, waar gevochten werd met separatisten. Een regeringswoordvoerder lichtte "diplomaten van een breed gezelschap van bevriende landen" daarover in tijdens een briefing.
Het neerschieten van het vliegtuig was een flinke escalatie, omdat men er tot dan van uitging dat de rebellen geen vliegtuigen uit de lucht konden schieten.
Rusland
Volgens het kabinet was de bijeenkomst niet bedoeld om de andere landen te waarschuwen, maar wilde Oekraïne vooral dat er internationaal stelling zou worden genomen tegen de Russische bemoeienis in het conflict. Oekraïne drong "vooral aan op stevige stellingname van de internationale gemeenschap tegen Russische inmenging in het conflict. Dat was de hoofdboodschap van deze briefing".
"Het neerhalen van een Oekraïens militaire vliegtuig eerder die dag werd door de Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken genoemd als een voorbeeld van de toenemende escalatie van het conflict en de rol van Rusland daarin", schrijft het kabinet.
'Nee'
Op de vraag of er ooit vanuit de Nederlandse overheid een waarschuwingssignaal naar luchtvaartmaatschappijen is gegaan over de veiligheid van het luchtruim in Oekraïne, antwoorden de ministers Opstelten, Koenders en Hennis: 'Nee'.
Het kabinet legt niet uit wie er binnen de Nederlandse overheid op de hoogte was van de informatie of waarom de informatie niet werd doorgespeeld naar de luchtvaartmaatschappijen.
Wel wijst het kabinet erop dat het neerhalen van het Oekraïense vliegtuig breed uitgemeten werd in de media.