Koopkracht stijgt harder dan verwacht

Veel mensen hebben volgend jaar iets meer te besteden dan gedacht. Dat blijkt uit cijfers die minister Asscher naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. De ontwikkeling van de koopkracht is volgens het kabinet iets beter dan met Prinsjesdag werd verwacht.

Voor een doorsneegezin is de koopkrachtstijging is 0,75 procent, terwijl eerder werd uitgegaan van 0,5 procent. Dat de koopkracht iets gunstiger uitvalt, komt volgens het kabinet onder meer doordat de inflatie lager is dan verwacht.

Loonstrookjes

De loonstrookjes zien er voor de meeste mensen in januari beter uit dan nu, maar de koopkracht stijgt niet even hard. Het kabinet wijst erop dat mensen meer kwijt zijn aan onder meer hogere zorgpremies, bezuinigingen op toeslagen en hervorming van kindregelingen. Daar wordt op de loonstrookjes geen rekening mee gehouden.

Maar per saldo gaan de meeste mensen er dus toch iets op vooruit. Dat komt doordat met name werkende mensen minder belasting betalen, onder meer door hogere arbeidskortingen.

Er zijn ook mensen die een min op hun loonstrookje zullen zien: werknemers met een minimumloon en alleenstaanden in de bijstand. Volgens het kabinet worden deze minnen voor een deel hersteld door andere maatregelen zoals toeslagen of andere compensatie.