FC Utrecht wil donkere Kerst voorkomen

Het moest allemaal anders bij FC Utrecht. Zoveel werd afgelopen zomer wel duidelijk. 'Dominant en aanvallend voetbal.' 'Op de helft van de tegenstander.' Het publiek moest terugkomen in stadion Galgenwaard. Maar na de uitglijder vorige week in eigen huis tegen Cambuur (1-3) lijkt daar weinig meer van over.

Na de onverwachte nederlaag tegen de Friezen dreigt een vrije val op de ranglijst. Het programma van Utrecht voor de komende weken is loodzwaar. Vanavond wacht de lastige uitwedstrijd tegen NAC Breda. Daarna komt het laaggeklasseerde Heracles op bezoek. Utrecht sluit 2014 af met twee zware uitwedstrijden bij Ajax en AZ.

Extra training

Trainer Rob Alflen heeft zijn ploeg op scherp gezet deze week. Op de 'vrije' dinsdag liet hij zijn spelers opdraven voor een extra training. "Iedere ploeg zakt wel eens door de ondergrens heen. Dat overkwam ons tegen Cambuur. Dan schrik je daar wel van. Het was teleurstellend dat we niet voldoende probeerden het om te draaien", aldus Alflen. "Leiders zoals Willem Janssen, Ramon Leeuwin en Anouar Kali ontbraken op dat moment in de ploeg, maar dat mag daarvoor geen excuus zijn."

Utrecht kan in deze moeilijke fase weer beschikken over Edouard Duplan. De Fransman was lange tijd uitgeschakeld met een knieblessure. Duplan stond bijna het hele kalenderjaar langs de kant.

Alflen is blij met de terugkeer van Duplan. "Hij is in alle opzichten een winnaar, die heb ik er graag bij. Hij is geen jongen van woorden, maar iemand van daden. Dat kunnen we in deze fase goed gebruiken. Op trainingen zie je ook hoe belangrijk zijn inbreng is. Los van wat hij met de bal kan, werkt hij ook elke seconde snoeihard."

Avondje NAC

Alflen weet wat er vanavond in Breda van zijn ploeg verwacht wordt. "Het zou wel eens een wedstrijd kunnen worden met veel vechtvoetbal, een hectisch avondje NAC”, zegt Alflen. “Wij moeten, zij moeten. Ik bereid de jongens daar op voor. Als wij de overhand kunnen krijgen in de beginfase van de wedstrijd, kan dat in ons voordeel werken. Ik heb het gevoel dat we nu op scherp staan.”