NOS NieuwsAangepast

'Door mijn trauma kon ik terroristen interviewen'

Door Esther Bootsma en Monique van Hoogstraten

Aanvankelijk twijfelde ze. Was het wel verstandig om een boek te schrijven over de verkrachting in haar jeugd? "Ik was bang dat het mijn carrière zou ruïneren", zegt de Amerikaanse Jessica Stern. Ze geldt als één van 's werelds bekendste terrorisme-experts: een onverschrokken, gezaghebbende dame, die jihad-strijders in de hele wereld interviewde, op Harvard les gaf en in de Nationale Veiligheidsraad van president Clinton zat.

In haar jongste boek, 'Ontkenning', schrijft Stern dat haar fascinatie voor gewelddadige terroristen voorkomt uit het feit dat ze als 15-jarige is verkracht. Bovendien denkt ze dat ze daardoor extreem goed was in het interviewen van terroristen. Ze kon immers haar angstgevoelens uitschakelen, doordat ze leed aan het posttraumatisch stresssyndroom (PTSS).

Maar zouden haar collega-wetenschappers haar na deze openbaring nog wel serieus nemen? Haar nog wel afstandelijk en objectief genoeg vinden?

Ongemakkelijk

De reacties op het boek vallen mee, zegt Stern, op bezoek in Amsterdam voor de Nederlandse vertaling. "Op conferenties over terrorisme begint niemand erover. De meeste experts zijn mannen. Ze voelen zich er ongemakkelijk bij. Ik denk dat ze mij beschouwden als één van hen en dit boek maakt duidelijk dat ik dat niet ben. Het is bovendien ongemakkelijk om van iemand te weten dat haar zo'n pijn is aangedaan."

Ontkenning dus, de titel van haar boek. Het is een schrikbarend relaas van hoe een hele gemeenschap, een veilig dorp in de Amerikaanse staat Massachussets, de verkrachting in 1973 ontkende. De 15-jarige Jessica Stern was samen met haar zusje (14) alleen thuis huiswerk aan het maken, toen een man het huis binnendrong. Hij dwong hen met een pistool de trap op te lopen, liet hen allerlei kledingstukken aantrekken en verkrachtte hen een uur lang.

"De politie geloofde mij en mijn zusje niet, toen we zeiden dat we de man niet kenden. Niemand kon geloven dat zoiets kon gebeuren in ons dorp." De zaak werd al gauw gesloten. "Zelf liet ik het daarna ook achter me, het werd iets uit een ver verleden."

Passage

Tot ze een paar jaar geleden aan een nieuw boek over terrorisme begon, na haar bekende 'Terror in the name of God' en daarin een passage over die verkrachting schreef. Haar uitgever raadde haar aan er een heel boek aan te wijden.

Ze ging voor het dossier naar de politie en die besloot de zaak te heropenen. Ditmaal kwamen ze wel achter de dader: een man die in die tijd minstens 44 andere meisjes en vrouwen had verkracht. Hij kwam in de gevangenis en pleegde zelfmoord. "Toen duidelijk werd dat hij een serieverkrachter was geweest, werd ik er helemaal ingezogen", zegt Stern. "Ook al was hij dood, ik moest en zou alles over die man te weten komen."

Vernedering

Hij bleek een drugsverslaafde dakloze, die volgens Sterns onderzoek in zijn jeugd waarschijnlijk door een priester was misbruikt. Dit soort vernederingen kan zelfs tot terreurdaden leiden, schrijft Stern in 'Ontkenning'. Als terreurexpert noemde ze vernedering altijd al een belangrijke factor voor terrorisme. "Maar dan had ik het over vernedering van een beschaving. Ik denk nu dat er ook vaak een persoonlijke vernedering achter zit, die jongens vatbaar maakt voor terrorisme." Ze heeft het over berichten dat Pakistaanse jongens in radicale koranscholen (madrassa's) worden verkracht. "Er is in de Pakistaanse pers over geschreven en de Pakistaanse minister van Godsdienst zei zelf tegen me dat veel ouders erover klagen dat dat gebeurt in madrassa's. Eén mullah wordt zelfs de sandwich-mullah genoemd, omdat hij graag een kind van voren en een kind van achter neemt."

Mannenliefde-avond

Hetzelfde gebeurt volgens Stern in Afghanistan. Afghaanse krijgsheren, militairen en politieagenten misbruiken volgens haar met regelmaat Afghaanse jongens. "Vooral op donderdagavond gaan Afghaanse veiligheidsmannen naar de markt om jongens te zoeken. Het wordt wel de 'mannenliefde-avond' genoemd, omdat op vrijdag in de moskee hun zonden worden weggenomen."

Amerikaanse militairen in Afghanistan hadden Stern erop geattendeerd. "Ze willen er niet over praten in de media. Maar toen ik er in een lezing op de Amerikaanse marineopleiding iets over vertelde, zwermden ze na afloop om me heen om te vertellen dat zij dat ook hadden meegemaakt. Dat hun Afghaanse collega's hen jongens aanboden. Ze schaamden zich om het te zeggen."

Glad ijs

Stern realiseert zich dat ze zich op glad ijs begeeft, door een link te leggen tussen seksueel misbruik en het ontstaan van terrorisme. "Er zijn al zoveel vooroordelen over moslims. Ik kan daarom niet te vroeg conclusies trekken; dan zou men alles wat ik ooit over terrorisme heb gezegd in twijfel trekken." Maar ze hoopt dat andere wetenschappers er serieus onderzoek naar gaan doen, hoe moeilijk ook.

Zelf zou ze dit onderzoek niet meer kunnen doen. "Ik ben nu behandeld voor posttraumatische stress. Het heeft me een heleboel geld gekost en is slecht voor mijn carrière geweest", lacht ze voluit.

"PTSS heeft namelijk ook een productieve kant, dat zie je bij oorlogscorrespondenten en artsen in oorlogsgebieden. Die kunnen hun werk goed doen door hun gevoelens uit te schakelen. Maar ik kan nu geen terroristen in het veld meer interviewen. Ik realiseer me nu pas hoe gevaarlijk het was en zou nu echt bang zijn."

Jessica Stern - Ontkenning. Over seksueel misbruik, verdringing en verwerking - Nieuw Amsterdam - ISB: 978 90 468 0896 2

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl