'Ik heb een soort anticharisma'

NOS-verslaggeefster Marga van Praag interviewde de gisteravond overleden schrijver op zijn zeventigste verjaardag. De opvallendste uitspraken uit dat gesprek op een rijtje:

"Mulischhaat was er al voordat ik boeken schreef. Ik heb een soort anticharisma. Van Mierlo, daar houdt iedereen meteen van. Mij beginnen ze meteen te wantrouwen. Ik ben wie ik ben, het zal wel iets met dna zijn.""Het is ook een manier om mensen op een afstand te houden. Die arrogante kwal, daar praat ik niet mee. Nou, dat is precies wat ik wil.""Ik heb geen hobby's. Ik doe uitsluitend in mijn hele leven niets anders dan waar ik zin in heb. En daar kan ik van leven. En daar word ik voor beloond, geprezen. Als ik er niets mee verdiende, zou ik het net zo doen. En als ik als miljonair was geboren, zou ik het ook zo doen.""Als je huisschilder bent, dan wil je niet tot je tachtigste doorgaan met huizen schilderen. Maar schilders, schrijvers, componisten, dat slag, die gaan wel door. Picasso ging door totdat hij op zijn 96ste dood omviel. Ik ga ook door totdat ik omval.""Over die Nobelprijs, dat moet je niet aan míj vragen. Dat zou natuurlijk leuk zijn, ook omdat het een jongensdroom is. Toen ik twintig was en mijn eerste verhalen schreef, toen dacht ik: nou, die Nobelprijs... Dat denk ik nu niet meer. Omdat de schrijvers die de Nobelprijs níet hebben gekregen, ook een uiterst select gezelschap vormen, met mensen als Tolstoj, Proust.""Ik weiger hem niet, als ze me zouden vragen. Maar ik heb wel een ontzaglijk respect voor Sartre, die hem wél heeft geweigerd. Die gezegd heeft: 'ik wil hem niet, want dan ontleen ik een soort gezag aan een prijs. En ik wil dat ontlenen aan mijn werk.' Dat vind ik heroïsch. Maar dat doe ik niet, ik ben niet zo precies.""Boodschap aan de wereld op mijn zeventigste verjaardag: De wereld, die marcheert wel. Er gebeuren nog steeds de vreselijkste rampen. Maar Hitler heeft toch de oorlog verloren. Uiteindelijk overwint toch het goede. Ik ben een optimist.""Als ik één minuut een boek inkijk, dan weet ik of het goed of niet goed is. Ik hoef dat hele verhaal niet te lezen. Ik zíe of het iets is, of het literatuur is. Zoals een schilder op het eerste gezicht ziet of een schilderij goed is. Al ziet hij het maar een seconde, al staat het op zjin kop.""Moet ik me bescheiden voordoen om de liefde van het Nederlandse volk op te wekken? Nee toch. Luister, het Nederlandse volk is wat het is en ik ben ook wie ik ben."