'Titanic zonk door menselijke fouten'
De beruchte ijsberg had niet het einde hoeven te betekenen van de Titanic. Dat onthult de kleindochter van een belangrijke officier van het schip bijna honderd jaar na de ramp. Veertig jaar lang droeg Louise Patten het familiegeheim met haar mee dat een menselijke fout en een onverantwoord bevel de ondergang van het onzinkbare schip veroorzaakten.
Patten, een thrillerauteur, heeft een roman geschreven waarin de feiten geromantiseerd worden. Ze sprak er deze week over in een interview in de Britse krant The Daily Telegraph.
Fout
De ijsberg werd opgemerkt even voor middernacht op zondag 14 april 1912. De officier van dienst gaf onmiddellijk het bevel "hard naar stuurboord", maar de stuurman interpreteerde dit bevel verkeerd, stelt Patten.
"Het was de tijd van de overgang tussen zeil- en stoomschepen. Bij zeilschepen zijn de bevelen tegenovergesteld. Als je de ene kant op wil, duw je de helmstok de andere kant op. Stoomschepen bestuur je als een auto: je stuurt de kant op waar je naartoe wilt."
Die verwarring werd de Titanic, waar nog de oude regels golden, fataal. De officier wilde naar links, maar het schip werd nu juist naar rechts gestuurd, richting de ijsberg. Tegen de tijd dat de mannen de fout doorhadden, was de ijsberg onvermijdelijk: de Titanic werd geschampt en een groot deel van de romp scheurde open.
Bevel
De opa van Patten, tweede officier Charles Lightoller, was in zijn kajuit toen de ijsberg geraakt werd, maar hoorde later van de gang van zaken in een laatste ontmoeting met de hoogste officieren van het schip. "Ze waren naar de kajuit van eerste officier Murdoch gekomen om wapens te halen, voor als er rellen zouden uitbreken bij het te water laten van de reddingsboten. Toen hoorde hij wat er was gebeurd."
Daar hoorde Lightoller ook nog van een ander incident. Kort na de botsing was de baas van de White Star Line, Bruce Ismay, naar de brug gekomen om met de kapitein te praten. Hij had daarbij bevolen door te varen. Patten: "Ismay wilde niet dat zijn investering zomaar ten onder zou gaan of een haven in gesleept zou moeten worden. Dat zou slechte publiciteit zijn geweest. Dus gaf hij het bevel langzaam door te blijven varen."
"Mijn grootvader schatte dat het schip nog wel een paar uur had kunnen blijven drijven, lang genoeg om op hulp te wachten. Maar door deze beweging werd de druk op de scheur groter en liepen de waterdichte compartimenten een voor een vol. Daarom zonk ze zo snel."
Leugen
1517 mensen werden die nacht verzwolgen door de ijskoude Atlantische Oceaan. Charles Lightoller bleef tot het laatste moment op zijn post en sprong pas in het water toen hij de golven zag aan komen rollen over het dek. Als door een wonder kwam hij weer boven en werd opgepikt door een reddingsboot. Hij was de enige hoge officier die de ramp overleefde.
Omdat hij de overlevende was met de hoogste rang, moest Lightoller zich voor twee onderzoekscommissies in de VS en Groot-Brittannië verantwoorden. Toch zweeg hij over de menselijke fouten die de ramp hadden verergerd. Hij hield zelfs vol niet meer met kapitein Smith of eerste officier Murdoch te hebben gesproken die nacht.
Patten weet waarom. "Het was hem door Ismay op het hart gedrukt dat als hij iets zou zeggen, het bedrijf aansprakelijk gesteld had kunnen worden. Dat had een faillissement betekend en al zijn collega's zouden zijn ontslagen."
Schuldig
Lightoller vertelde het verhaal slechts aan zijn vrouw, die het haar dochter en kleindochter Louise vertelde. Hoewel haar moeder en oma bleven zwijgen uit angst dat de held Lightoller als leugenaar de geschiedenis in zou gaan, besloot Patten het verhaal nu toch wereldkundig te maken.
"Alle anderen zijn nu dood. Ik had het gevoel dat ik de wereld dit geheim schuldig was. Als ik morgen dood was gegaan, was het met mij in het graf verdwenen."