Groot deel aangiften blijft liggen
Door redacteur Merlijn Stoffels
De pakkans voor criminelen in Nederland is te laag. Deze conclusie trekt de politie uit een onderzoek naar de hoeveelheid zaken op die plank belanden door een tekort aan rechercheurs. Uit het onderzoek blijkt dat bij ruim zeventig procent van de aangiftes geen onderzoek wordt gedaan door de politie.
In 2009 deden 1,2 miljoen mensen aangifte. Bij 500.000 van deze aangiftes is er genoeg aanleiding om door te rechercheren, zo blijkt uit het onderzoek. Dat betekent dat er mogelijkheden zijn om bewijs te verzamelen om zo een verdachte op te kunnen sporen.
Van die half miljoen zaken worden er 350.000 door de politie in onderzoek genomen. De resterende 150.000 zaken blijven liggen door een capaciteitstekort. Dat gaat in de meeste gevallen om kleinere delicten. Maar er staan ook gewelds- en zedendelicten op deze lijst.
Onvoldoende bewijs
De politie zegt zich zorgen te maken over dit grote aantal plankzaken dat dus niet kan worden opgelost. En dat is niet alleen erg voor de slachtoffers, maar ook voor de politie. "Mijn agenten moeten uitleggen aan de slachtoffers dat hun zaak niet wordt aangepakt. Niet omdat er geen bewijs is, maar omdat er onvoldoende rechercheurs zijn. Dat is voor de slachtoffers vaak moeilijk te verkroppen", zegt korpschef Stoffel Heijsman namens de korpschefs tegen de NOS.
Bij de rest van de aangiftes, zo'n 700.000, is er onvoldoende bewijs om door te rechercheren. Het gaat in die gevallen vaak om fietsendiefstallen, berovingen en inbraken in huizen en auto's.
Criminele netwerken
Maar er is ook criminaliteit waar geen aangifte van wordt gedaan. De zogenoemde onzichtbare criminaliteit door criminele netwerken zoals bijvoorbeeld mensenhandel, xtc en drugssmokkel.
Een op de vijf criminele netwerken wordt op dit moment door de politie onderzocht. Dat zijn de prioriteitszaken waar politie en justitie extra geld voor hebben gekregen om deze zaken beter aan te kunnen pakken. Bij de rest is de pakkans nog kleiner.
Op dit moment zet de politie bij een op de tien groeperingen rechercheurs in. Dat is veel te weinig, zegt Heijsman. Volgens Heijsman kunnen op dit moment te veel groeperingen ongestraft hun gang gaan. "Dat is een ondermijning van de samenleving en de veiligheid van Nederland."
Extra mensen
Zo ziet hij dat de boven- en onderwereld steeds meer hand in hand gaan bij vastgoedfraude. "Daar gaan miljoenen belastinggeld in om."
De politie heeft volgens Heijsman steeds beter zicht op het aantal criminele netwerken dat in Nederland actief is. "Dat is het goede nieuws, maar als je dan ziet hoeveel groeperingen daadwerkelijk kunnen worden aangepakt, dan is dat is een heel ongemakkelijke werkelijkheid." De politie heeft naar schatting zo'n 4000 mensen extra nodig om ervoor te zorgen dat aangifte doen ook echt zin heeft.
Hirsch Ballin
Demissionair minister Hirsch Ballin van Justitie en Binnenlandse Zaken laat weten bekend te zijn met de 'signalen van de politie en ook het beeld dat er keuzes gemaakt moeten worden in de opsporing vanwege de beschikbare capaciteit'.
"De afgelopen jaren is de politie al fors gegroeid (van pakweg 51.000 in 2006 naar 54.000 nu) en er is de afgelopen jaren flink meer geld naar de politie gegaan: van 4 miljard in 2004, via 4,3 miljard in 2006 naar 4,8 miljard nu. Nederland is ook veiliger geworden, blijkt uit de eerder dit jaar verschenen Veiligheidsmonitor. Desondanks blijft politiewerk een kwestie van keuzes maken, honderd procent opsporing is nooit haalbaar", aldus de minister.
Hij wacht nu op een notitie van de korpsbeheerders over de opsporingscapaciteit. Daarna gaat er een brief daarover naar de Tweede Kamer.