Nieuwe methode voor dna-onderzoek Tripoli

De slachtoffers van de vliegramp in Tripoli worden geïdentificeerd met behulp van een nieuwe methode van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI).

Het NFI maakt gebruik van software die de stambomen van slachtoffers in kaart kan brengen, zodat de dna-profielen met elkaar vergeleken kunnen worden.

"Bij de ramp zijn in een aantal gevallen ouders en kinderen samen verongelukt", verduidelijkt het NFI. "Het kan daardoor zijn dat er geen levende eerstegraadsbloedverwanten meer zijn van wie dna-materiaal kan worden afgenomen om een vergelijking te maken."

Versneld

Door de nieuwe software, die het NFI samen met de Radboud Universiteit Nijmegen heeft ontwikkeld, kan het identificatieteam ook gebruikmaken van materiaal van verwanten die verder van een slachtoffer afstaan.

Het identificatieproces wordt hierdoor aanzienlijk versneld, aldus het NFI. Het instituut benadrukt dat een snelle identificatie van groot belang is voor de nabestaanden.

Geen details

Het Landelijk Team Forensische Opsporing maakte gisteren bekend dat de eerste slachtoffers van de vliegramp in Libië inmiddels zijn geïdentificeerd. Om privacyredenen worden geen nadere details over de identificaties gegeven of over de repatriëring van de lichamen.

Bij de vliegtuigcrash in Tripoli kwamen ruim twee weken geleden 103 mensen om, onder wie 70 Nederlanders.