NOS NieuwsAangepast

Rapport commissie-De Wit: ophef verstomt

Door financieel redacteur André Meinema

Vandaag verschijnt het eerste deel van het rapport van de parlementaire onderzoekscommissie De Wit, officiëel de Tijdelijke Commissie Onderzoek Financieel Stelsel. Voorzitter Jan de Wit en zeven andere kamerleden doen onderzoek naar de oorzaken van de financiële crisis.

Aanleiding

De frustratie in de politiek in het voorjaar van 2009 is groot. De bankencrisis die in 2007 de kop opstak, kost de Nederlandse schatkist en dus de belastingbetaler miljarden. De Staat ziet zich gedwongen twee banken (ABN Amro en Fortis Bank Nederland) te nationaliseren, verleent voor bijna 14 miljard euro steun aan andere banken (ING, Aegon en SNS Reaal) en komt daarbij terecht in een zware economische recessie.

Hoe heeft het zover kunnen komen? Waarom handelden banken in veel te ingewikkelde en risicovolle financiële producten? Wie heeft er zitten slapen? Wat deden toezichthouders en politek? Wie is verantwoordelijk voor de financiëel-economische ellende of daar zelfs schuldig aan?

De Commissie splitst het onderzoek in twee delen. Het eerste deel gaat over de oorzaken van de financiële crisis. Het tweede deel, dat gepland staat voor het najaar, behelst een beoordeling van de gekozen aanpak, de genomen maatregelen en het gevoerde politieke beleid.

Schuldvraag

Het is geen parlementaire enqûete met verregaande bevoegdheden en verhoren onder ede. Het is een parlementair onderzoek met gesprekken met betrokkenen en deskundigen. Wie niet wil praten, kan niet gedwongen worden. Wie wel komt, zegt wat hij of zij wil zeggen.

In januari en februari is zo'n 50 uur gesproken met ruim 40 bankiers, toezichthouders, politici en economen. Naast de focus op de financiële crisis was er ook aandacht voor twee opvallende voorbeelden: de overname en ondergang van ABN Amro en de omgevallen IJslandse internetspaarbank Icesave.

Naast de vraag wat en hoe het fout kon gaan, draait het ook om de vraag wie verantwoordelijk is. Dat blijkt een lastige. Echte schuldigen aanwijzen is misschien wel goed voor het rouwverwerkingsproces en het kanaliseren van de frustraties, maar niet eenvoudig. Wel wordt er regelmatig met de vingers gewezen en klinken verwijten over en weer. Vooral de toezichthouders (De Nederlandsche Bank en de AFM) liggen een aantal keren onder vuur.

Inzichten

Er zijn een paar algemene conclusies te trekken uit de gesprekken. Het is allemaal erg ingewikkeld en complex. Het is allemaal begonnen op de verziekte Amerikaanse huizenmarkt. De cultuur bij de banken in hun zucht naar winst, rendement en bonussen heeft de boel opgejaagd. De regelgeving vertoont gaten. Het (inter)nationale toezicht laat te wensen over en er moet meer samenwerking komen.

De gesprekken hebben niet tot grote onthullingen of ingrijpende inzichten geleid. In het licht van de maatschappelijke verontwaardiging en politieke opwinding van het begin is dat wellicht teleurstellend. Hier en daar komen details boven water, wordt een kijkje achter de schermen geboden en komen nog wat fait divers voorbij.

Er is teleurstelling over de aanpak. De Commissie werkt een keurige vragenlijst af en kiest niet voor een echt gesprek of een scherp kruisverhoor.

Rapport

In het eerste deel zal het vooral gaan over wie wat wist en deed en kon, of moest doen. Dus over de rol van het toezicht, over het informeren van het publiek en de mate van vertrouwelijkheid en geheimhouding, de internationale samenwerking, de rol en omvang van banken, enzovoort. Dus hoe kun je alerter zijn, zaken beter regelen, zonder in een soort maakbaarheid van de problemen te vervallen.

Politiek gezien krijgt dit rapport geen gevolgen, temeer daar het kabinet is gevallen en er verkiezingen aan komen. Een hoofdrolspeler als minister van financiën Wouter Bos is al uit beeld; bankpresident Wellink heeft geen grove steken laten vallen en stopt er volgend jaar toch al mee.

De ophef van een jaar geleden lijkt zo bezien vooral te verstommen en te verstoffen in een rapport.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl