NASA doet spaceshuttle in opruiming
NASA doet haar spaceshuttles in de opruiming. Nu er nog maar vijf missies voor de ruimteveren staan gepland, is het tijd om te kijken wat er daarna met de vloot moet gebeuren.
In 2008 bood NASA de shuttles al eens aan voor 42 miljoen dollar, nu is men gezakt naar 28,8 miljoen. Zo hoopt NASA meer instituten een kans te geven een shuttle te kopen. De vorige keer reageerde een twintigtal potentiële kopers, zoals scholen en musea.
"Ik weet zeker dat we nu meer aanvragen zullen krijgen", voorspelt een woordvoerder.
Voorwaarden NASA heeft wel enkele voorwaarden aan de koop verbonden. Zo zijn alleen Amerikaanse kopers toegestaan, niet alleen omdat het om Amerikaans erfgoed gaat, maar ook omdat de shuttles volgens de wet niet mogen worden uitgevoerd.
Daarnaast moet een koper bewijs overhandigen dat op tijd het geld bijelkaar gebracht kan worden om de ruimteveer tentoon te stellen. Dat mag alleen binnen gebeuren in een museumruimte, een shuttle buiten laten staan is taboe.
Wie plannen maakt om ermee te blijven vliegen, maakt geen kans. "Om te blijven vliegen zou je een groot deel van het Amerikaanse spaceshuttle-programma moeten overnemen en dat kan niet omdat het gaat ingezet worden voor volgende projecten. En het gaat nooit lukken om zo'n zelfde operatie op tijd op te zetten."
Transportkosten Van de vijf spaceshuttles waar het ruimtevaartprogramma in de jaren tachtig begon, zijn er nog twee beschikbaar voor kopers; de Endeavour en de Atlantis. Het oudste ruimteveer, de Discovery, is al beloofd aan het luchtvaartmuseum van het Smithsonian in Washington. De spaceshuttles Challenger en Columbia gingen verloren bij ongelukken.
De nieuwe eigenaar moet wel het transport vanaf de lanceerbasis in Florida betalen (zo'n vlucht op de rug van een speciaal uitgeruste Boeing kost enkele miljoenen), maar NASA maakt de shuttle gratis klaar voor vertoning door zo veel mogelijk giftige materialen eruit te verwijderen.
Tot 17 februari kan er nog gereageerd worden op het aanbod. NASA kan de shuttles leveren zodra het ruimteprogramma definitief is afgelopen, naar verwachting in de tweede helft van volgend jaar.