NOS SportAangepast

Nieuw: slopestyle en halfpipe

Bij het freestyle skiën staan in Sotsji twee nieuwe onderdelen op het programma: slopestyle en de halfpipe.

Bij slopestyle leggen de skiërs een parcours af, waarbij ze onderweg naar beneden diverse trucs en sprongen moeten laten zien. Er zijn vier soorten trucs: de spin (waarbij de skiër om zijn lengteas draait), de grab (een sprong waarbij de skiër in de lucht een ski vastpakt), de grind (de skiër glijdt over een rail) en de flip (een salto). Vijf juryleden geven punten, tussen 0 en 100, voor de hele run.

Ook de halfpipe voor skiërs is nieuw in Sotsji. De snowboarders konden al sinds 1998 olympische medailles behalen op dit onderdeel. De skiërs doen twee runs in de halfpipe, waarbij de beste telt. Vijf juryleden beoordelen de prestaties, waarbij de moeilijkheidsgraad, uitvoering, creativiteit en het gebruik van de hele baan belangrijk zijn.

Naast de twee nieuwe zijn er nog drie onderdelen bij het freestyle skiën die ook op vorige Olympische Spelen zijn afgewerkt.

Moguls staat al sinds de Spelen in Albertville van 1992 op het olympisch programma. De skiërs gaan naar beneden over een steil parcours vol met sneeuwbulten: de moguls. Ook komen ze onderweg twee schansen tegen. Een jury gaat over de eindscore, die wordt bepaald door de technische vaardigheden op de moguls (50 procent), de sprongen over de schansen (25 procent) en de tijd (25 procent).

De aerials waren in 1994 in Lillehammer voor het eerst een olympisch onderdeel. De skiërs worden door een sneeuwschans gelanceerd en maken acrobatische manoeuvres in de lucht. Een jury geeft daar punten voor.

De ski-cross werd vier jaar geleden in Vancouver geïntroduceerd. De regels zijn simpel: vier skiërs gaan zo snel mogelijk een parcours af naar beneden en wie het eerste beneden is, heeft gewonnen.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl