Jongeren minder tevreden over hoe koning Willem-Alexander zijn rol vervult
Het vertrouwen in koning Willem-Alexander is sinds de coronacrisis structureel lager dan daarvoor, maar lijkt nu enigszins te stabiliseren. Ook de steun voor de monarchie haalt niet meer het niveau van voor de coronacrisis, maar de staatsvorm kan wel rekenen op bijval van een kleine meerderheid van de bevolking.
Dat blijkt uit de jaarlijkse NOS Koningsdag-enquête, die halverwege deze maand is uitgevoerd door onderzoeksbureau Ipsos I&O onder 1015 personen. Er zijn wel opvallende verschillen tussen jongeren en ouderen.
Nederlanders beoordelen koning Willem-Alexander met een 6,6. Dat is vergelijkbaar met de 6,5 die hij vorig jaar als rapportcijfer kreeg, maar flink lager dan de 7,7 waar hij in 2020 op mocht rekenen.
In dat jaar kreeg de koning nog het vertrouwen van driekwart van de bevolking. Sindsdien is het vertrouwen in hem gedaald, tot 44 procent in 2024. Van herstel is dus geen sprake, al is de groep die (zeer) weinig vertrouwen in de koning heeft dit jaar niet verder gegroeid.
Jongeren (18-35 jaar) en ouderen (55 jaar of ouder) denken verschillend over het functioneren van de koning. Vorig jaar zei nog 51 procent van de jongeren tevreden te zijn over de koning, nu is dat 41 procent. Ouderen zijn met 47 procent bijna net zo tevreden over Willem-Alexander als een jaar eerder.
Verschil tussen generaties is er ook wat betreft de beoordeling van de kwaliteiten van de koning. Zo vindt de helft van de ouderen de koning 'betrokken', tegenover slechts 29 procent van de jongeren. Ook vinden ouderen Willem-Alexander vaker 'menselijk' en 'meelevend'.
Jongeren zijn juist meer te spreken over de manier waarop Willem-Alexander optreedt in de media. Ze vinden de koning vaker 'naturel' en 'professioneel' overkomen dan ouderen. Overigens vinden alle generaties dat de koning minder 'onwennig' overkomt in de media.
Uitspreken
Er is een groeiende groep die het niet wenselijk vindt als de koning, die onschendbaar is, zijn mening in het openbaar zou uitspreken over politiek gevoelige kwesties (30 procent, tegenover 25 procent vorig jaar). Dit komt overeen met het niveau van voor de coronaperiode.
Koningin Máxima krijgt net als vorig jaar een 7,3. Ouderen (bijna driekwart) zijn vaker tevreden over het functioneren van de koningin dan jongeren (ruim de helft). Het percentage geïnterviewden dat tamelijk tot zeer veel vertrouwen heeft in de koningin ligt met 56 procent hoger dan bij de koning (44 procent).
Ook de beoordeling van prinses Amalia is onveranderd met een 7,0. Veel Nederlanders hebben een positieve indruk van de prinses. Ze wordt 'volwassen', 'slim', 'betrokken', 'ambitieus', 'gemotiveerd' en 'een goede opvolger' genoemd.
Geen herstel
De steun voor de monarchie blijft stabiel ten opzichte van de afgelopen jaren, maar is wel een stuk lager dan voor de coronacrisis. Een aantal misstappen van de koninklijke familie tijdens die crisis heeft effect gehad op het draagvlak voor de monarchie als staatsvorm, concluderen de onderzoekers. Onder andere de vakantie in Griekenland tijdens een lockdown wordt genoemd. Vier jaar later lijkt er volgens hen sprake van blijvende schade.
De vraag of het imago van de monarchie zal verbeteren als de prinsessen een grotere publieke rol krijgen, leidt tot verdeeldheid. Ruim 30 procent verwacht dat dat inderdaad een positieve invloed zal hebben, maar ruim 40 procent denkt van niet.
Het feit dat het oudste kind van de vorst(in) automatisch troonopvolger is, kan rekenen op de steun van bijna de helft van de Nederlanders. Na een jarenlange daling lijkt het draagvlak voor die traditie nu te stabiliseren.
De koning en zijn familie bezoeken traditiegetrouw op Koningsdag een gemeente in Nederland, zoals dit jaar Emmen. De helft van de Nederlanders waardeert deze officiële manier waarop Koningsdag wordt gevierd. En een ruime meerderheid vindt het een belangrijke traditie die Nederlanders verbindt. Al hechten ouderen duidelijk meer aan deze traditie dan jongeren.